De rechter zette vorige maand een streep door afschotvrijstellingen in Gelderland. Weken lang dienden fruit, groente en akkerbouwgewassen als voer voor kraaien en duiven. De provincie wist er ten gunste van de telers nog een mouw aan te passen, maar de vraag is of hier en in andere provincies de juridische basis voor agrarisch faunabeheer op orde is. Sowieso zijn er veel meer actuele schademeldingen nodig.
Half augustus zette de rechtbank in Arnhem een streep door de vrijstelling voor het afschieten van diersoorten om gewassen te beschermen. Het schietverbod kwam voor veel telers en jagers als een donderslag bij heldere hemel en ook nog eens in de meest kwetsbare periode, de oogsttijd. Het ging om dieren als kraaiachtigen, vossen, ganzen, konijnen en houtduiven.
Verontruste boeren
Bij LTO Noord stond de telefoon van bestuurder Hans van Beuzekom roodgloeiend door verontruste boeren, die wilden weten of ze de schade konden verhalen. Volgens NFO-voorzitter Gerard van den Anker had de provincie Gelderland haar huiswerk niet goed gedaan. Er was volgens de rechtbank in het faunabeheerplan onvoldoende aangetoond dat de ‘vrijgestelde’ diersoorten ernstige schade aanrichten, dat die schade niet op een geweldloze manier kan worden bestreden en dat het gewelddadige optreden effectief is.
De provincie kwam in september met een betere onderbouwing en toen kon het schietverbod worden opgeheven. Daarmee was de kou uit de lucht. Maar de twee bestuurders vrezen dat de Faunabescherming, die de zaak in Gelderland aanhangig heeft gemaakt, ook in andere provincies voet aan de grond krijgt. In de provincie Noord-Holland loopt al een soortgelijke rechtszaak en in Zuid-Holland bemoeit de stichting Animal Rights zich met zaken, waarin het gaat om dierenwelzijn en dierenrechten.
Ook al weten we donders goed dat de dieren schade veroorzaken, we moeten dat wel blijven aantonen, want juist die gegevens hebben de provincies nodig
Ontbreken van gevalideerde schadedata
De betere onderbouwing in Gelderland is “een noodverband”, zegt Van Beuzekom. Het is complex, maar een zwak punt in de onderbouwing van het provinciaal faunabeheerplan is het ontbreken van gevalideerde data van schade. Van Beuzekom: “Ook al weten we donders goed dat de dieren schade veroorzaken, we moeten dat wel blijven aantonen, want juist die gegevens hebben de provincies nodig. Provincies moeten iedere keer met bewijs komen dat water nat is.”
Weinig nut
Volgens de richtlijnen hoeven boeren de schade aan gewassen echter niet te melden. De dieren mogen namelijk worden afgeschoten als ze schade veroorzaken en preventieve maatregelen om ze te verjagen niet voldoende helpen. Als er toch geen vergoeding tegenover staat, zien boeren en tuinders weinig nut in het melden van schade.
Schade wordt onvoldoende gemeld
Volgens de provinciale organisatie Bij12 wordt er jaarlijks tussen de € 20 en 30 miljoen aan schadevergoedingen uitgekeerd. Voor Gelderland is dat circa € 3 miljoen. Maar de werkelijke schade ligt volgens Van Beuzekom 3 tot 4 keer hoger. LTO en ook NFO hameren er al veel langer op dat boeren altijd hun schade melden en er is zelfs een loket voor, maar het gebeurt onvoldoende. Er zijn ook andere methodes om de schade te inventariseren. Zo is er een mobiele app en zou er een koppeling gemaakt moeten worden met veldcamera’s, maar zover is het nog niet. Ook zou de schade met steekproeven kunnen worden gecontroleerd.
‘Uiterst redmiddel’
Het is volgens de brancheorganisaties terecht dat er in het faunabeheerplan van de provincie een goede onderbouwing staat over het inzetten van de vrijstellingsregeling. Van den Anker: “We leven in de 21e eeuw en de tijd dat we zo met een geweer op pad kunnen, ligt ver achter ons.”
“We hebben met elkaar afgesproken – vastgelegd in wetgeving – dat het doden van dieren een uiterste redmiddel is”, vult Patty Laan van de FBE Noord-Holland aan. “Daarnaast zet een agrariër het in ter verjaging en het is al helemaal niet zijn bedoeling om dieren uit te roeien”, zegt ze.
Van den Anker wijst daarnaast op de trend van overheden naar meer natuurontwikkeling en -versterking en daarmee is faunaschade onlosmakelijk verbonden. ”Hoe meer natuur hoe meer ‘plaagdieren’ en meer faunaschade. Je wil niet naast een natuurgebied zitten. Het zijn keuzes, maar als de schade uiteindelijk maar niet op de fruittelers wordt afgewenteld‘’, zegt Van den Anker strijdbaar.
Kraaien zaten bovenop de rug en pikten stukken eruit. Het zijn nog slordige eters ook
LTO-bestuurder en akkerbouwer Jaap van Wenum
Schade in aardappelen
LTO-bestuurder en akkerbouwer Jaap van Wenum was net op tijd met het binnenhalen van het graan, maar vreesde voor z’n aardappelen. Eén aardappel is niet erg, want hij is een natuurmens, maar hij kneep hem wel. “Ik heb normaal een jachtopziener aan het werk, maar dat mocht nu niet. Kraaien zaten bovenop de rug en pikten stukken eruit. Het zijn nog slordige eters ook. Dan komen die aardappelen boven de grond en worden ze groen en zijn ze niks meer waard.”
Faunabeheerplannen tegen het licht
Van Wenum vindt dat alle faunabeheerplannen tegen het licht gehouden moeten worden. Samen met de provinciale faunabeheereenheden en het ministerie van Landbouw moet dit probleem worden opgepakt, want er moet echt een langetermijnoplossing komen, anders, zo vreest hij, gaat het de verkeerde kant op met de faunaschade. Want we moeten kunnen blijven bejagen in samenhang met verjagen. Dus roept hij boeren op om hun schade echt te melden. “Gewoon doen!!”
Aangevreten fruit
De faunaschade bij fruitteler van Kees Hilten in Zoelen (Gld.) is ondertussen mede door de onduidelijkheid van de afgelopen maand groot. Van Hilten had al genoeg te stellen met koolmezen en andere zangvogels, die zijn fruit lekker vinden, toen vanwege het afschotverbod de kraaien ook nog kwamen buurten voor een snack. En niet eentje, maar hele groepen, zo zag hij. Het resultaat ligt naast de fruitbomen op de grond. Aangevreten fruit, dat langzaam wegrot. De kleine gaten zijn van de koolmezen en de grote bruine uitgeholde plekken zijn veroorzaakt door kraaien.
20% meer schade
Ondertussen is hij druk met het instrueren van de plukkers, zo’n 17 zijn er bezig. Er komen er nog meer bij, meest Polen en een paar Nederlanders. Door de reuring in de boomgaard is er op dit moment geen vogel meer te bekennen. Maar de sporen zijn onmiskenbaar. Uitgaande van 2.500 bomen per hectare is al gauw 5.000 tot 7.500 kilo per hectare aan peren dat hij weg kan gooien. En dan heeft hij het nog niet over de vervolgschade van een aangepikte peer, die toch per ongeluk in de kist belandt. De taxateur is al langs geweest om de schade te beoordelen. Volgens de fruitteler is de faunaschade de afgelopen vier weken zeker met 20% toegenomen ten opzichte van vorig jaar. “Ik heb na de uitspraak van de rechter meteen gebeld met de faunabeheereenheid (FBE) met de vraag of ik de schade van de kraaien apart moest melden, maar dat hoefde gelukkig niet.”
Slimme vogels
Het schietverbod kwam totaal onverwachts en ondanks dat de teler al veel afweermiddelen heeft zoals linten, vlaggen, dode kraaien en een karig aangeklede paspop, werd de boomgaard een lopend buffet voor de kraaien. Zijn nieuwste aanwinst is een opblaasbare vogelverschrikker van € 350, die de kraaien moet verjagen. De pop komt om het kwartier met veel herrie en bombarie omhoog, althans doet een poging. Van Hilten geeft na de ‘voorstelling’ schoorvoetend toe dat het misschien toch een miskoop is.
En niet alleen omdat 75 meter verder de kraaien alsnog hun slag hebben geslagen. “Het zijn nu eenmaal slimme vogels”, verklaart hij. Na een week hebben ze alles door. De vogelverschrikker staat op een perceel van 2,3 hectare en hij verplaats hem wekelijks, maar kan naar eigen zeggen ook niet aan de gang blijven.
Ook toen waren er regels, maar je had als boer nog wat te vertellen over je eigen grond
Gevangen
Van Hilten: “Vroeger had je in ieder dorp z’n 50 kraaien die wat rondjes vlogen om de kerk, maar tegenwoordig zijn het koppels van wel 500 stuks. Allemaal roeken, kraaien en kauwen, die gezamenlijk op pad gaan.” Met weemoed vertelt hij hoe zijn opa na een vergunning van de politie in het dorp het jachtgeweer van zolder haalde om de gewassen te beschermen. Het waren andere tijden. “Ook toen waren er regels, maar je had als boer nog wat te vertellen over je eigen grond. Nu zitten veel boeren gevangen in hun bedrijf.”
Eerst tarwe snacken met fruit als toetje
Bij de Betuwse fruitteler Kees van Hilten hielden de kraaien vooral huis in de boomgaarden op het land dat hij pacht van akkerbouwer Eric Weiman in Echteld (Gld.). Weiman heeft een jachtvergunning en beschermt het fruit van Van Hilten tegen gevogelte. De akkerbouwer haalde net de tarwe binnen toen het schietverbod van kracht werd. Normaal meldt hij alle schade aan zijn eigen gewassen, maar nu had het geen zin, want eer de taxateur er zou zijn, was er al gedorst. Toen de kraaien zich hadden volgevreten, lag de boomgaard van Van Hilten op de route. Hij verloor in die paar weken zo’n € 10.000 aan omzet. Dat verhoogt zijn kostprijs met een dubbeltje per kilo.