Kabinet ziet hiervoor geen aanleiding na onderzoek Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.
Het is niet nodig uit voorzorg extra maatregelen te treffen om de blootstelling van omwonenden aan gewasbeschermingsmiddelen te beperken. Het kabinet ziet daar naar aanleiding van het onderzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu geen aanleiding toe. De gemeten waarden houden in dat ‘geen onaanvaardbare risico’s voor de gezondheid naar voren zijn gekomen.’
Het College voor de Toelating van Gewasbeschermingsmiddelen en Biociden zegt dat het systeem voor de beoordeling van middelen ‘voldoende robuust is. Ook risico’s voor zwangere vrouwen, kleine kinderen en bijvoorbeeld neurotoxiciteit worden in het Europese beoordelingsmodel meegenomen.’
Blootstelling aan middelen
Het onderzoek laat zien dat omwonenden binnen een afstand van 250 meter zodanig worden blootgesteld aan middelen, dat die terug te vinden zijn in urine van volwassenen en baby‘s. De blootstelling van telers en hun gezinnen aan de middelen is hoger dan die van omwonenden.
De mate van blootstelling valt binnen de grenswaarden waarmee bij de toelating van de middelen wordt gerekend. Het RIVM-onderzoek laat zien dat behalve via de verwaaiing van middelen (drift), ook blootstelling plaatsvindt via huisstof.
Begrip voor zorgen omwonenden
Het kabinet zegt begrip te hebben voor de zorgen van omwonenden, zeker als het gaat om blootstelling van kwetsbare groepen zoals jonge kinderen. Juist daarom moet de risicobeoordeling bij de toelating van gewasbeschermingsmiddelen verder worden verbeterd, aldus staatssecretaris Stientje van Veldhoven in een brief aan de Tweede Kamer.
Uitlekken van rapport
LTO Nederland, de Koninklijke Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur (KAVB) en de Nederlandse Fruittelers Organisatie zeggen in een gezamenlijke reactie gerustgesteld te zijn door de onderzoeksresultaten. Ze zijn geërgerd over het uitlekken van het rapport bij het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.
Een woordvoerder van het RIVM erkent dat het lek vervelend is. “Het was een fout, bij ons werken ook mensen.” Doordat de gegevens naar buiten kwamen, deelde het ministerie van Infrastructuur het onderzoek eerder dan gepland met de Tweede Kamer.
Weerbare plantaardige productie
De organisaties sluiten zich aan bij de opvatting van landbouwminister Schouten dat een omslag gemaakt moet worden naar een weerbare plantaardige productie. “De noodzaak om (bijvoorbeeld met gewasbeschermingsmiddelen) bij te sturen wordt daarmee tot een minimum beperkt.”