Het inkomen van de gemiddelde fruitteler blijft structureel lager dan het agrarisch gemiddelde. Voor het lopende oogstjaar is wel verbetering geraamd.
De inkomens in de land- en tuinbouw stijgen over de volle breedte met gemiddeld iets meer dan 10% naar € 57.000. Dat blijkt uit de jaarlijkse publicatie van de inkomenscijfers in de land- en tuinbouw door Wageningen Economic Research (WER), onderdeel van Wageningen UR.
Het inkomen van de fruittelers haalt dat agrarisch gemiddelde een stukje omlaag. Desalniettemin stijgt naar verwachting het inkomen per onbetaalde arbeidsjaareenheid met bijna € 10.000 tot gemiddeld € 36.000. In die laatste inkomensraming zit niet meer het effect van het erg slechte hardfruitseizoen 2018-2019. WER rekent in de fruitteelt op basis van oogstjaar en dat loopt voor appel- en perentelers niet gelijk op met het kalenderjaar.
Vorig jaar te hoog geschat
Dat maakt het ramen wel lastiger. Vorig jaar december rekende WER op een fruittelersinkomen van € 52.000. Dat kwam uit op de helft. De prijzen bleken gaandeweg het afzetseizoen 2018-2019 steeds verder te dalen. Dat had niet alleen te maken met de recordoogst in heel Europa, maar ook met de effecten van de hitte en de droogte van zomer 2018. Dat deed de kwaliteit van het fruit in de koelcellen geen goed.
WER berekent het gemiddelde van de fruittelersinkomens over een mix van hard- en zachtfruitbedrijven. Zonder de relatief goede resultaten in het zachtfruit zouden de inkomens over hardfruitseizoen 2018-2019 nog wat lager zijn uitgevallen.
Lopend afzetseizoen nog wat stroef
De raming voor het lopende seizoen gaat voor de hardfruittelers dus over seizoen 2019-2020. De verwachte prijsverbetering voor appels en met name peren is volgens de Wageningse rekenmeesters nog niet zo veelbelovend als door sommige marktvoorspellers is voorgespiegeld. “Misschien ramen we aan de voorzichtige kant, laten we het hopen voor de telers”, aldus Ruud van der Meer van WER.
Tekst gaat verder onder de grafiek
De inkomens van fruittelers blijven (ver) achter bij die van (glas)groentetelers.
Ander inkomen buiten het fruit
Naast de opbrengsten uit de verkoop van fruit wisten de fruittelers in 2018 gemiddeld ruim € 40.000 aan inkomen te generen uit voor werk voor derden. Dat kan neerkomen op loonwerk op ander bedrijven of buiten de sector. Maar ook het sorteren, verpakken en koelen van product voor andere fruittelers wordt onder die post van overig inkomen gerangschikt. Verder bedroeg de waardevermeerdering van de plantopstanden (aanwas) in 2018 bijna € 20.000. Geraamd is dat voor 2019 deze bedragen niet sterk zullen afwijken.
Solvabiliteit handhaaft zich
De solvabiliteit van het gemiddelde fruitbedrijf is door het slechte jaar iets teruggelopen. Maar nog altijd is die met 75% een paar procent hoger dan van de andere opengrondssectoren zoals de vollegrondsgroente, de boomkwekers en de bloembollenbedrijven. Voor de glastuinbouw geldt nu een gemiddelde solvabiliteit van 57%.