De Raad van State heeft bepaald dat elf woningen gebouwd mogen worden op de plek van een oude aardbeienkas in IJsselmuiden. De woningbouw zorgt voor de financiering van de bedrijfsverplaatsing van het bedrijf binnen het concentratiegebied en uit de rand van het dorp.
Een veehouder en een omwonende hadden beroep ingesteld tegen dit bestemmingsplan. Zij stelden dat de inspraak te kort schoot. Zij waren bang voor overlast en voor belemmering van het bedrijf van de veehouder. Ook waren zij van mening dat voor de woningen geen goed woon- en leefklimaat gegarandeerd kan worden en dat aan woningbouw op dit moment geen behoefte is. De Raad van State had de gemeente eerder in de gelegenheid gesteld om nader geuronderzoek te verrichten, omdat het eerste geuronderzoek onvolledig was. Uit het nadere geuronderzoek blijkt dat aan alle wettelijke geureisen wordt voldaan, zodat er sprake is van een goed woon- en leefklimaat. De Raad van State heeft vervolgens besloten dat, ondanks het eerdere motiveringsgebrek, het bestemmingsplan gewoon in stand blijft. Ook het bezwaar dat de aarbeiteler ten onrechte een tweede woning mag bouwen op het nieuwe perceel werd afgewezen door de Raad van State.