Johan Vermeeren uit Rijsbergen plantte de eerste gekoelde teelt Elsanta rond 20 februari in de tunnel. Vorig jaar had hij ook nog een normaalteelt, maar daarmee is hij gestopt.
“Vanwege de kans op aaltjes en omdat het gewas dusdanig kan uitgroeien dat dit ten koste gaat van de plukprestatie”, stelt Vermeeren. De volgende twee gekoelde plantingen met Sonata volgden op 7 maart en in week 14. Deze laatste buitenplanting is niet meer afgedekt, de planting van 7 maart wel, tegen de vorst en om te vervroegen. De planten in de tunnel werden voor de vorst eveneens (tijdelijk) afgedekt. ”Dat is goed uitgepakt.” In week 16 zijn vervolgens de eerste bloemen van deze tunnelplanten open gegaan. “Eerst in de middelste rijen, de buitenste rijen liggen nog wat op achterstand. Het gewas begint ook te strekken. De bestuivers gaan er normaal rond 10 april bij, maar dat heeft nu nog geen zin.”
Verwijderen gewasresten
Vorige week werd de bedekking van de eerste Sonatateelt in de open lucht verwijderd voor een bespuiting met Paraat. “Dat wilden we voor de vorst al doen, maar de temperatuur zakte toen ineens zo snel dat daar niets meer van kwam.” Het advies is om Paraat direct bij het planten in te zetten. Vermeeren durft die behandeling voor Elsanta wel uit te stellen. “We halen al jaren alle gewasresten van het veld, zodat ziekten zo min mogelijk kans krijgen. Ik moet wel zeker weten dat mijn wachtbedplanten helemaal schoon zijn, zonder uitvallers dus. Bij Elsanta was dat zo, in Sonata vonden we wel een enkele uitvaller.”
Het verwijderen van die gewasresten gaat in drie keer: eerst brengen twee net door de grond draaiende schijven de resten per bed bijeen. Vervolgens rijdt een grasrugger de planten van twee bedden bij elkaar. Daarna wordt alles opgenomen met een omgebouwde opraapwagen. “Ja, veel werk, maar in het verleden gooiden we de planten handmatig bij elkaar. Dát was pas veel werk.”