Amerikanen omarmen Hollands openkennismodel

Het Amerikaanse vertical farming-bedrijf 80 Acres zoekt niet naar extra geld, wel naar meer partners. Onder andere Siemens en Signify haken aan.

Meer samenwerking, minder geslotenheid. Dat was de boodschap die directeur Tisha Livingston en Mike Zelkind van het Amerikaanse groentebedrijf 80 Acres op 10 juni de tuinbouwwereld in zonden. Ze deden dat in Den Haag bij de opening van een onderzoekslab voor vertical farming op het hoofdkantoor van technologiedochter Infinite Acres. De open kennisuitwisseling die de Nederlandse glastuinbouw groot heeft gemaakt, is ook nodig om vertical farming groot te maken, aldus Livingston.

Daarom zoeken Livingston en Zelkind vooral samenwerking. “De afgelopen tien jaar hebben we in vertical farming vooral veel bedrijven die alles voor zichzelf aan het uitvinden zijn en daarbij worstelen om hun jonge bedrijf rendabel te maken. Wij ook. Van de Westlandse glastuinders kunnen we leren hoe dat beter kan”, aldus Livingston.

Meiny Prins en Shawn Harris kneedden 80 Acres

De vroege samenwerking met tuinbouwtoeleverancier Priva en directeur Meiny Prins heeft Livingston en Zelkind doordrongen van de waarde van het Nederlandse tuinbouwmodel. En het was de Amerikaans-Nederlandse zakenvrouw Shawn Harris, zelf groot geworden in het Westland met de groentehandelbedrijf Nature’s Pride, die voor het financieel fundament achter de groei van 80 Acres zorgde.

Siemens wil voedselproductie omdenken

Het nu geopende fieldlab in Den Haag wordt mede gedragen door partners Siemens, Signify, Sick Sensor Intelligence en TTA. De Duitse technologiegigant maakt ook met deze samenwerking duidelijk dat het stappen wil zetten in de wereld van de bedekte tuinbouw. “We zullen ons systeem van voedselproductie moeten omdenken, willen we in 2050 10 miljard mensen kunnen voeden. Daarvoor moeten we groene en digitale vaardigheden combineren”, aldus Judith Wiese, lid van de hoofddirectie van Siemens.

‘80 Acres-teeltbedrijven zijn rendabel’

Overigens ziet Mike Zelkind voor zijn teeltbedrijf sla en de andere groentesoorten die volgden slechts als een begin. “De teeltbedrijven van 80 Acres zijn rendabel en dat is, na twee jaar van faillissementen in de vertical farming, al heel wat. Maar er kan met deze manier van telen nog zoveel meer. Grondstoffen produceren voor voedingssupplementen, voor de cosmetische sector en als ingrediënten en geur- en smaakstoffen in de voedselindustrie.”

Dat veel investeerders, die vijf jaar geleden op vertical farming doken, ook weer zijn afgehaakt vindt Zelkind niet het grootste probleem. “Je zag bedrijven waar zoveel geld in werd geïnvesteerd dat ze niet wisten wat ze ermee moesten doen. Waar bij al die teeltbedrijven veel meer behoefte aan is, is de kennis om een teelt kwalitatief ‘en economisch tot een goed einde te brengen. Daar willen wij met dit fieldlab een bijdrage aan leveren.”