Doorgaan naar artikel

‘Bij bataat is drogestofgehalte essentieel’

Pieter Verschure laat op 23 mei weten dat bijna alle gerooide bataat uit de bewaring is. “Volgende week gaat de laatste partij van 80 ton weg”, zegt de teler uit Aarle-Rixtel.

Eigenlijk had hij alles in maart en april willen afzetten, maar de verkoop liep stroever dan verwacht. “Dat kwam vooral doordat het drogestofgehalte in de bewaring behoorlijk is teruggelopen. Toen we de bataat opsloegen, lag dit gehalte tussen de 18,5 en 21 procent. Nu zitten we nog maar op 17 à 17,5 procent. En dat vinden de verwerkende partijen waaraan wij leveren te laag. Zij willen het liefst een zo hoog mogelijk droge stofgehalte, voor verwerking tot bijvoorbeeld friet. Hierdoor gaan de laatste partijen voor dumpprijzen weg.”

Frustrerend vind Verschure dat hij niet weet waardoor het droge stofgehalte is gezakt. “Je zou denken: de knol droogt in, dus het percentage droge stof stijgt. Dat is dus niet zo; dat vind ik verrassend.”

Het positieve is dat we ons product zijn kwijtgeraakt aan de verwerkende industrie. Maar we moesten er wel mee leuren

Over het totale seizoen dat achter hem ligt, is hij ‘gematigd positief’. “Het positieve is dat we ons product zijn kwijtgeraakt aan de verwerkende industrie. Maar we moesten er wel mee leuren. Eigenlijk is dat vreemd: iedereen heeft zijn mond vol van duurzaamheid, maar toch kopen frietfabrieken vooral bataat uit overzeese gebieden. Dit product heeft doorgaans namelijk een hoger droge stofgehalte. Terwijl een lager percentage droge stof naar mijn mening geen probleem hoeft te zijn; de fabrieken moeten alleen het verwerkingsprocedé aanpassen. En dat blijkt toch een obstakel.”

Beginnen met planten

Vanwege de stroeve afzet breidt Verschure het areaal bataat in het nieuwe seizoen niet uit. Hij begon in de derde week van mei met planten. “In totaal gaat circa 30 hectare de grond in, van de rassen Covington, Beauregard en Bellevue”, zegt hij op 23 mei. “Dit is ongeveer net zoveel als afgelopen jaar. Voor de helft hiervan hebben we contracten kunnen afsluiten met de verwerkende industrie, de rest zullen we kwijt moeten raken op de vrije markt.”

De vele regen gooide geen roet in het eten bij het planten. “We zitten gelukkig op vrij hoge gronden. Maar door de drukte op ons bedrijf – onder meer met perkgoed – waren we wel later dan gepland.”

Opkrikken drogestofgehalte

Het verhogen van het droge stofgehalte is hét grote speerpunt van Verschure voor het nieuwe seizoen. “Immers: hoe meer droge stof, hoe makkelijker ik de bataat kwijtraak. Om dit gehalte op te krikken, heb ik voor het planten vloeibare kalk gestrooid. Deze is daarna ondergewerkt in de ruggen. Ook ga ik sporenelementen inzetten in de teelt. Kunstmest dien ik niet meer toe, daarnaast breng ik maximaal 10 kuub koeienmest per hectare op.”

Met deze aanpassingen verwacht de teler minder kilo’s te halen, maar hoopt hij uit te komen op een hoger drogestofgehalte. “Uiteindelijk moet het toch gaan lopen met de afzet. Ik ben nu acht jaar bezig met de teelt van bataat en heb hier veel in geïnvesteerd. Dat gooi je niet zomaar overboord. Maar het blijft heel, heel lastig; alles staat of valt met het drogestofgehalte. Ik kan er niets mooiers van maken.”

Auteur: Ank van Lier

Bekijk meer

Share this

Afbeelding
Pieter Verschure

bataatteler in Aarle-Rixtel

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin