Deze week was ik twee dagen in Huelva, wat van oudsher bekend staat als hét aardbeienteeltgebied van Spanje.
In die twee dagen heb ik behalve aardbeien ook mandarijnen, sinaasappels, frambozen en blauwe bessen gezien en geproefd. Met de gehaltes vitamine C zat het dus wel goed en met mijn gehalte vitamine D ook, want de zon scheen uitbundig.
Maar de telers vertelden me dat ze hopen op juist wat minder zon en meer regen. Ze mogen dit seizoen namelijk maar de helft van de hoeveelheid water onttrekken dan waar ze normaal recht op hebben. De beschikbaarheid van water is dan ook een van de grootste uitdagingen voor telers. Dat is voor Spanje geen nieuwe uitdaging, maar wel een die steeds acuter wordt.
Net als in Nederland is in Spanje het ondernemerschap en het aanpassingsvermogen sterk
Tijdens de Fruit Logistica in Berlijn hoorde ik diverse mensen uit de sector zeggen dat de Spaanse tuinbouw ten dode is opgeschreven door het watergebrek. Dat geloof ik niet. Net als in Nederland is in Spanje het ondernemerschap en het aanpassingsvermogen sterk. Onder gegeven omstandigheden, toenemende waterschaarste in dit geval, kunnen mensen echt het verschil maken. Dat zien we keer op keer ook in ons eigen klantenbestand.
Veranderen van rassen, teeltsystemen en afzetstrategie
Sommige telers in Huelva gaan door met telen zoals ze altijd geteeld hebben. Voor deze telers zal het lastig worden. Anderen echter veranderen hun rassen, hun teeltsystemen en hun afzetstrategie. Er is nog heel veel te winnen door te veranderen van lage-kostenproductie naar ‘betere’ producten met minder inzet van middelen zoals water, arbeid, mineralen en chemie en dus minder impact op het milieu.
We zien bijvoorbeeld nu al dat telers omschakelen naar blauwe-bessenrassen die dubbel zo grote en lekker knapperige vruchten geven. Dat levert een enorme arbeidsbesparing, meer kilo’s per hectare en meer tevreden klanten op. Ook worden er nieuwe slimmere soorten plastic tunnels gebruikt, aangepast substraat, biologische in plaats van chemische gewasbescherming enzovoort.
Verbeteringen op Spaanse teelbedrijven helpen ook het Nederlandse product
We hoeven in Nederland niet bang te zijn voor een groeiende concurrentie, want het volume aan Spaans product zal niet toenemen. Verbeteringen op Spaanse teelbedrijven helpen ook het Nederlandse product. Een meer consistente aanvoer van hogere kwaliteit gaat uiteindelijk namelijk tot een hogere tevredenheid bij de consument leiden. Als die meer betaalt en meer consumeert, is dat goed voor iedereen, zowel de Nederlandse als de Spaanse teler.