Veel ambitie met ­bescheiden portemonnee

Op het eerste oog komt het misschien nog over als een beleefdheids­opmerking. “Ik heb veel vertrouwen in de sector en ben ervan overtuigd dat ze ook nu en in de toekomst, net als in het verleden, in staat zal zijn de noodzakelijke vernieuwingen door te voeren en ook op langere termijn wereldspeler kan en zal blijven.”

Zo besluit staatssecretaris Sharon Dijksma van Economische Zaken haar ‘Beleidsbrief tuinbouw’ aan de Tweede Kamer. Het moet meer zijn. De tuinbouw immers is een topsector met een exportwaarde van bijna 20 miljard euro. Het is bv Nederland én Dijksma er alles aan gelegen dit in de benen te houden.



De bewindsvrouw schetst in haar notitie duidelijk de richting waarin zij die toekomst ziet: verdergaande internationalisering en verduurzaming van de teelt. Dat laatste is vooral van belang om de license-to-produce in eigen land te behouden, waarschuwt ze. De consument, de retail en maatschappelijke ­organisaties stellen steeds hogere eisen aan producten. Bovendien is een aantal gestelde doelen en ambities nog niet gehaald. Ofwel: de tuinbouw moet aan de bak.



Behalve innovaties zijn volgens haar ook andere verdienmodellen nodig. De sector richt zich nog te veel op bulk. De afzet in de groenteteelt is te gefragmenteerd en op Europa gericht, terwijl groeiende markten juist daarbuiten zijn te vinden. Zij zal zelf proberen deuren te openen, zoals eerder dit jaar in Vietnam. Er komt Brussels geld voor samenwerking in de keten. Daar staat tegenover dat het GMO-beleid wordt aangescherpt. Het geld moet naar verduurzaming en marketing in plaats van naar technische vernieuwing.



Zij maakt extra geld vrij voor marktintroductie. Tussen onderzoeksresultaat en marktintroductie – de zogenoemde valley of death – ontbreekt vaak durfkapitaal.



De beleidsbrief wringt als het gaat om herstructurering. De branche hoopte op meer sturing en een chequeboekje. Dijksma maakt echter geen geld vrij voor een stallingsfonds. Ze schuift dit door naar de provincies en gemeenten. Zij had daar de tuinbouw op weg naar 2020 een extra zetje kunnen geven.

Jan Vullings. hoofdredacteur