‘Optimale bemesting is een puzzel’

“Je merkt aan de knoppen dat het voorjaar dichterbij komt”, vertelt Hans Levels uit Meijel. “Ze zijn nog niet aan het schuiven, maar worden toch wel wat dikker.”

“Als de temperaturen nu omhoog gaan, zullen de bomen zich snel ontwikkelen”, verwacht de teler. “Achteraf gezien is dat niet erg, er zijn ook jaren dat we in februari al de eerste behandelingen tegen schurft hebben gedaan. Dan is zo’n jaar als dit een stuk rustiger. Je kunt lekker blijven snoeien. De peren zijn helemaal klaar, we zitten nu volledig in de appels.”

Naast het snoeien is hij nog bezig met het samenstellen van de optimale bemesting. “Dat is in de biologische teelt een hele puzzel. Naast de algemene wetgeving ben je verplicht 60 procent van het totaal als biologische mest aan te wenden, ook wel A-meststof genoemd. De champost die ik van een biologische champignonteler betrek, valt daar onder. Nadeel daarvan is het hoge gehalte aan kalium. Zoals ik er nu tegenaan kijk, ga ik in de peren het accent op champost leggen. In dat gewas is wat meer kali niet zo’n probleem dan bij appel. Daar kan ik me dan weer meer toeleggen op mestkorrels, die ook nog meer relatief snelwerkende stikstof bevatten. Het is bij appel vooral zoeken naar een geschikte meststof met niet teveel kalium in verband met het risico op stip.”