De nieuwe quarantainekas van Bayer in Wageningen vergroot nu al de kennis van ToBRFV. Maar een doorbraak naar hoogresistente rassen is er nog niet.
Aan de westrand van Wageningen, met uitzicht op de Rhenense Grebbeberg staan in een kas van in totaal 2.000 vierkante meter een veelheid aan tomatenrassen. Die worden daar onder de meest stringente veiligheidseisen geïnfecteerd met ToBRFV en met Pepino Mozaïekvirus. Om te zien welke tomaten daar het minste last van hebben en aan welke onderdeeltjes van het genenpakket van deze soorten dat te danken is.
Van buitenwereld afgesloten
Vorige week knipte een drietal leidinggevenden van Bayer Vegetable Seeds het lint door voor de officiële opening van deze kas. Uiteraard op gepaste afstand van de kas zelf, want die is van de buitenwereld afgesloten. De zes medewerkers die het onderzoek aan de planten in de kas doen, hebben hun eigen parkeerterrein, hun eigen kantinetje, hun eigen werkkleding, die ze na een goed gereglementeerde douche ter plekke aantrekken. “We hebben de kas expres hier in Wageningen gerealiseerd”, zegt vestigingsmanager Wim van der Schaft. “Als we dat midden in het Westland hadden gedaan, dan zou daar door de tuinders met argwaan naar gekeken zijn. Het risico van het bewust rond laten gaan van deze virussen is daar groter nog dan hier.”
Eerste rassen naar de markt
De eerste resultaten van het onderzoek zijn hoopgevend, maar ook weer niet zo dat de vlag uit kan. “Wat we vinden tot nu toe is ‘intermediate’ resistentie”, zegt onderzoeksleidster Laura Grapes. “De plant vertoont wel symptomen, maar de vruchten zijn gezond en dus goed verkoopbaar.” Het eerste van dergelijke rassen met gedeeltelijke resistentie bracht Bayer in 2021 op de markt: Strabini, een cocktailpruimtrostomaat. Nu staat de marktintroductie op stapel van vleestomatenrassen Novero en Ferrara.
Onderstam beschermt niet
Een andere conclusie die de Bayer-onderzoekers trekken uit de vergelijkingen met tomatenplanten op allerlei onderstammen, is dat de ene of de andere onderstam geen merkbaar verschil maakt voor het optreden van symptomen. Een vatbaar ras wordt ook door een hoogresistente onderstam niet beschermd. Net zo min als dat een intermediate resistent ras door een hoogresistente onderstam minder of geen symptomen zou laten zien bij een infectie.
‘Niet één supergen’
Grapes betwijfelt of er wel één supergen te vinden zal zijn, dat tomatenplanten volledig immuun maakt voor het virus. “We hebben wel al meerdere genen gevonden die samen verantwoordelijk ijken voor een flink verminderde vatbaarheid.” Daarbij is ook van belang dat er getest wordt op een combinatie van ToBRFV en PepMV. Omdat in de Nederlandse tomatenteelt het vaccineren met een zwakke stam van dat laatste virus gebruikelijk is, is alleen testen op vatbaarheid van een volledig virusvrije plant op ToBRFV niet voldoende. “De twee virussen stimuleren elkaar. Ook virusdeeltjes van een zwakke PepMV-stam heeft al invloed op de vatbaarheid van de plant voor ToBRFV.”