Groente als veevoer werd een milieudelict

Dat blijkt uit een uitspraak in hoger beroep van het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch. Een klein veebedrijf had in een opslagsilo spruiten, komkommer en paprika liggen. De partij was te groot voor de kleine veestapel, constateerden NVWA-medewerkers. De groente was niet afgedekt en lag deels in het water dat uit de sleufsilo de grond in sijpelde. Het voer dat de stieren op het bedrijf niet hadden opgegeten, lag achter de sleufsilo en werd na verloop van tijd over het land uitgereden. Dat ziet het gerechtshof als een milieudelict en niet als een bodemverbeterende ingreep. De rottende groente is niet te zien als compost, oordeelt de rechter in het hoger beroep.

Metingen aan water

De inspecteurs deden metingen aan het water in de sleufsilo, in een greppel en slootwater. De hoge waarde voor geleiding (EGV) duidt op vervuiling. Gebruik van groente voor veevoer is aan regels gebonden. De advocaat van de boer stelt dat het om bedrijfsmatige opslag van niet-gevaarlijk landbouwmateriaal gaat en dat het percolaat (vocht dat vrijkomt bij composteren) juist goed is voor de bodem. Van een milieudelict is dan ook geen sprake.

De rechter houdt vast aan de strenge regels voor opslag van afval in een daarvoor geschikte inrichting. De vondst van de rottende groente is onderdeel van een grotere zaak van verwaarlozing van dieren op het bedrijf van de boer. Het Gerechtshof heeft daarom tot een taakstraf van 100 uur en stillegging van het bedrijf besloten. De boer tekent daartegen cassatieberoep in.