Fiscus claimt in Westlandse tuindersfraude

Een in 2010 veroordeelde spil in de Westlandse tuindersfraude krijgt toch een forse naheffing en boete van de fiscus.

Volgens de Rechtbank in Den Haag is door de fiscus aangetoond dat de tussenpersoon provisie kreeg voor de zwarte handel in groente van 2003 tot en met 2006. Hij zorgde voor de uitbetaling en afhandeling van de levering van zwarte groente door tuinders.



De man kreeg eerder een gevangenisstraf van drie maanden opgelegd wegens georganiseerde fraude. In die uitspraak was niet vastgesteld dat hij buiten een salaris ook nog provisie kreeg. Dat is met deze uitspraak nu wel vastgesteld door de rechtbank. Die provisie bedroeg enkele tonnen per jaar, berekende de fiscus. De rechter oordeelde verder dat de fiscus terecht een boete van 50 procent oplegde met heffingsrente. Wel verlaagde de rechter navorderingen deels door het verlopen van de redelijke termijn.



De tussenpersoon stelde niet te weten dat hij strafrechtelijk in overtreding was. Ook zijn betoog dat hij contanten die niet aan telers werden uitbetaald, overdroeg aan een derde werd niet door de rechtbank overgenomen. De telers kregen 85 procent van de dagprijs voor hun product uitbetaald. Op basis van dat feit uit eerder onderzoek, kon de fiscus mede de hoogte van de provisie vaststellen.