Doorgaan naar artikel

Nieuw protocol voor onderzoek ToBRFV

Een vernieuwd internationaal protocol voor de diagnose van ToBRFV in tomaten bevat ongepubliceerd Nederlands onderzoek.

De werkstandaard van de European and Mediterranean Plant Protection Organization (EPPO) schrijft landen voor hoe diagnose van het tomatenvirus ToBRFV kan plaatsvinden volgens de laatste inzichten. Het nieuwe protocol is uitgewerkt door een werkgroep van internationale experts. Twee van de acht leden waren afkomstig uit Nederland (NVWA). Daarmee heeft Nederland een behoorlijke invloed.

Selecteren van bladmonsters in verdachte kas

Plantgezondheidsonderzoek begint bij het selecteren van bladmonsters in de verdachte kas. Ongepubliceerde data van NVWA en Naktuinbouw wijzen op verschillen tussen planten met symptomen en zonder. Bij planten met symptomen werden de hoogste concentraties gevonden in jonge bladeren, kelkblad en vruchten, terwijl in oudere bladeren diagnose lastiger was. In planten zonder symptomen was er veel variatie in virus tussen verschillende planten.

Verschillen

Voor een goede monstername verzamelen diensten in Nederland, net als in het Verenigd Koninkrijk, 200 blaadjes of kelkblad per kas per cultivar. Per moleculaire test beschrijft EPPO in haar standaard verschillen tussen EU-landen. Nederland kiest met Italië voor een relatief brede monstername.

Verschillen in symptomen tussen bekende tomatenziektes

De standaard gaat verder in op verschillen in symptomen tussen bekende tomatenziektes. Ook wijst de standaard op de mogelijk latere expressie van ToBRFV-symptomen in kassen waar planten zijn gevaccineerd met zwakke isolaten van het Pepinomozaiekvirus (PepMV). In de standaard is een foto afgebeeld van de NVWA van oneven rijping van trossen door een infectie van ToBRFV en PepMV. Gebruik van isolaten is vooral in Nederland ontwikkeld.

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin