Meer kosten en meer regels. Op een agrarisch ondernemer komt veel af. Zoete aardappel is een mooie uitkomst voor de Brabantse groenteteler Pieter Verschure. Een reportage.
Brandstof, arbeid, kunstmest. Alles wordt duurder in de groenteproductie. In het licht van een kritische maatschappij en daardoor steeds strengere regelgeving, betekent dit dat de voedselproductie serieus onder druk staat. Daarom moeten de telersprijzen met 20 tot 25% omhoog voor 2023. Dat vindt agrarisch ondernemer Pieter Verschure, groenteteler in het Brabantse Aarle-Rixtel.
Lees verder onder de foto‘s
Je teelt op het scherpst van je snede en dat kost op den duur voedsel
‘Dieselprijzen verdubbeld’
Hoewel hij geen klager van aard is, eerder een innovatieve doorzetter, is het in een gesprek over ondernemerschap onontkoombaar om de financiële obstakels te benoemen waarmee hij te maken heeft. “De dieselprijzen hebben veel impact op onze kostprijs. Deze zijn zo ongeveer verdubbeld van 85 naar 155 cent – exclusief btw – per liter en dat hakt er in”, vertelt Verschure.
Verschure: “De rode diesel die onze Belgische collega’s gebruiken, hebben wij niet meer. Beregenen is duur en het is steeds vaker extreem droog, dus dat loopt in de papieren. Arbeid wordt steeds duurder door de stijgende minimumlonen, komend jaar weer 10 tot 15% erbij. De prijs voor kunstmest ging van ongeveer € 30 naar € 100 per 100 kilo. Als kunstmest duur is, ga je minder gebruiken. Je teelt dus op het scherpst van je snede en dat kost op den duur voedsel, want van alleen water groeit het niet.”
Impact Gemeenschappelijk Landbouwbeleid
Het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid maakt de bouwplanplanning bovendien een stuk ingewikkelder. “Een goed teeltplan is met alle restricties flink puzzelen”, legt Verschure uit. “Een groot knelpunt is dat we voor 1 oktober gewassen van het land moeten hebben, omdat er dan een groenbemester in moet zitten. Daarmee wordt het groeiseizoen te kort in ons land.”
Gevolgen van de droogte
Het beregeningsverbod dat Verschure verwacht rond de Peel, leidt ook tot onvrede. “De industrie is grootverbruiker van water, maar dat zie je niet. Agrariërs beregenen zichtbaar en dat maakt ze tot doelwit van oneerlijke regelgeving. Wat wij gebruiken, komt nota bene grotendeels weer netjes in de bodem terecht. Ik snap dat gewoon niet.”
Op wet- en regelgeving heeft een agrarisch ondernemer weinig tot geen invloed. Wel kan hij zijn productiemethodes zoveel mogelijk optimaliseren en aansturen op een zo goed mogelijke afzet van de producten. Dat is dan ook wat Verschure probeert, onder andere met een eigen afzetketen voor zoete aardappel.
Meer ondernemer dan landbouwer
Verschure noemt zichzelf geen traditionele landbouwer. Hij is puur een ondernemer, innovatief en altijd met een zakelijke insteek. Aanvankelijk was hij docent, net als zijn vrouw. Door plotseling overlijden van zijn vader, wel een echte boer, veranderde echter alles. Maar hij gaf wel zijn eigen draai aan het bedrijf. De koeien, varkens en fruitbomen maakten plaats voor bloementeelt in kassen en ruimte om planten te kweken.
“Met bloementeelt hadden mijn vrouw en ik meer dan met het houden van dieren”, vertelt de Brabander. Waar mogelijk breidde hij uit en dat leidde tot de 65 hectare die hij nu in eigendom heeft. De rest huurt hij bij. Het bedrijf heeft vier locaties; drie in Aarle-Rixtel, waar het allemaal begon, maar waar geen uitbreidingsmogelijkheden waren, en het er in 2005 bij gekochte bedrijf Horst.
Omdat Verschure een ondernemer is die met de tijd meegaat, is hij een zonnepark aan het bouwen. Binnenkort komen de panelen erop.
Kennismaking met bataat
Verschure teelt via telersvereniging De Schakel allerlei industriegroente voor HAK. Dit zijn bijvoorbeeld sperziebonen, erwten, spinazie, boerenkool, rode biet en wortelen. Voor hem is echter bataat, ook wel zoete aardappel genoemd, het allerbelangrijkste gewas. Als we elkaar medio november spreken, keert hij net terug uit Kenia, waar hij stekken voor deze teelt laat opkweken.
“Een jaar of acht geleden was ik met mijn vrouw en drie dochters op vakantie in Portugal en daar zag ik voor het eerst het paars bloeiende bataat staan op de akkers. Ik kende het gewas helemaal niet. ‘Sweet potatoes’, zeiden ze. Nooit van gehoord. Mijn vrouw trouwens wel, die wist dat het een heel gezonde groente is en daardoor een trend in diëten.”
Biofolie voor warmte
Het gewas liet hem niet meer los. Het zou in Nederland te koud zijn om goed te kunnen telen. “Maar in Portugal wordt het ook koud”, redeneert Verschure. Hij wist een oplossing die inderdaad goed uitpakte: biofolie. Dit oplosbare folie, bestaand uit aardappelzetmeel, maiszetmeel, melkvet en houtskool voor de zwarte kleur, wordt over de ruggen gelegd en zorgt voor 5 graden opwarming van de bodem. Zodoende kleuren de bataatpercelen van Verschure zwart. Verschure ontwikkelde de folie met een Oerlemans Plastic om onkruid in bolchrysanten te kunnen beheersen, maar het blijkt dus in meer teelten succesvol inzetbaar.
Footprint
Zoete aardappelen in Nederland produceren, betekent dat er minder import uit de Verenigde Staten nodig is om in de behoefte te voorzien. Verschure teelt ze vooral voor de fritesindustrie, maar is overtuigd van veel andere consumptiemogelijkheden. De stekken worden echter in Afrika geproduceerd. “Altijd goed weer en arbeid is makkelijk beschikbaar. Ik breng het uitgangsmateriaal er zelf naartoe. Nee, dat vliegen is niet duurzaam, maar we kunnen zo wel onze eigen bataat telen in Nederland. Anders worden de knollen uit Amerika, Canada, Egypte, Honduras en andere verre oorden naar Nederland vervoerd. Het gaat uiteindelijk om de footprint en die is op deze manier het laagst.”
Groeimaand november is nodig
De bataatplanten gaan in mei of juni de grond in en de zoete aardappelen worden voor 1 november geoogst, want het gewas heeft minimaal 10 graden bodemtemperatuur nodig. “Bataat zou tot november moeten kunnen blijven staan, want het gewas moet af kunnen rijpen op het veld en zolang het gewas zuurstof produceert en CO2 opneemt moet dat toch geen probleem zijn”, vindt Verschure.
“De teelt is een uitbereiding van het voedselpakket en het lokaal produceren heeft een positief effect op de footprint van het product. Milieutechnisch heeft het alleen maar voordelen. Maar als het te lang op het veld staat, worden we gekort op de hoeveelheid stikstof die we het jaar erop mogen geven. Ik begrijp zulke regelgeving werkelijk niet.”
‘Overheid maakt teelt onmogelijk’
Hij noemt dat ‘de reinste bureaucratie die kant nog wal raakt’. “Door de overheid wordt aan alle kanten financiële ondersteuning gegeven om noviteiten te ontwikkelen. Dit is er daar een van, maar de overheid fietst er op brute wijze doorheen en maakt de teelt eigenlijk gewoon onmogelijk. Ik wil graag een keertje met de betrokkenen van gedachte wisselen, zodat dit soort onzinnige dingen van tafel kunnen.”
Niet uit te leggen dat sperzieboontjes er niet meer mogen staan na 1 oktober
Verschure noemt nog enkele belangrijke teelten waar dat ook voor geldt, zoals de nateelt sperziebonen. “Sperziebonen is een N-minnend gewas dat stikstof opneemt uit de lucht. Er is bij deze teelt geen uitspoeling van meststoffen. Als je echter een groenbemester zaait dan staat er in oktober geen gewas en is de kans van uitspoeling bij regenval juist erg groot. Voor mij is het dus niet uit te leggen dat sperzieboontjes er niet meer mogen staan na 1 oktober.”
Voor peen zijn zulke regels ook erg lastig, want de imperators – voor onder andere de snijderij – kunnen juist prima duurzaam in de grond worden bewaard. In kisten in de koelhuizen is het gewas een stuk energiebehoeftiger. “Onnodig moeilijk doen”, verzucht Verschure.
Bouwplan 2023 invullen
De maanden december en januari staan in het teken van de bouwplanplanning. Verschure zou industriegroente graag weer een plek geven. Hoe groot dat areaal wordt, ligt aan de contractprijzen. Die moeten 20 tot 25% hoger, vindt de teler. “De conservenindustrie loopt achter, we krijgen al jaren te weinig betaald. En ik snap heel goed dat de fabrieken ook hogere kosten hebben. Opslag is duur, glas is duur. Maar ze moeten concurreren met graan. Als de prijzen daarvan hoog blijven, moet de industrie haar best doen om telers erbij te houden. Daarom is er best reuring.”
Als die prijsverhoging niet wordt gerealiseerd, teelt Verschure minder industriegroenten in 2023.
Afzetverwachting zoete aardappel positief
Van de zoete aardappelen zijn Verschures afzetverwachtingen positief. “Naast frites, kunnen ze heel goed worden gebruikt voor bijvoorbeeld soep, puree, kant-en-klaarmaaltijden en sap. De afzetketen is in ontwikkeling. Ook de versmarkt is in opmars.”
Hij zou graag meer bataattelers verwelkomen op Nederlandse bodem. “We telen met 250 hectare nog maar een paar procent van de invoer, dus mogelijkheden genoeg. Zeker als de verwerkende industrie er harder aan gaat trekken. Als we meer zelf produceren, zullen afnemers grootwinkelbedrijven en supermarkten eerder omschakelen naar Nederlands product.”
Automatisering van de teelt
Intussen houdt Verschure zich bezig met de automatisering in de bataatteelt. “Ik ben 62 jaar en heb geen opvolger. Ik wil nog een paar jaar door met het bedrijf, maar er zijn ook andere dingen in het leven naast werken. Automatisering leidt tot minder arbeid. Mechanisch onkruid bestrijden gaat goed, het stekken en planten gaat steeds beter en de rooier is volop in ontwikkeling tot deze perfect is. Naast meer eigen gemak zorgt dat ook voor een modern bedrijf waar straks iemand goed mee verder kan.”