Een gemiddeld glasgroentebedrijf met één ondernemer had in 2011 een negatief inkomen van twee ton.
Dat blijkt uit het Landbouw-Economisch Bericht van het Landbouw-Economisch Instituut. Vollegrondsbedrijven haalden 6.000 euro winst.
Fruitbedrijven haalden in 2011 van de tuinbouwsectoren de beste resultaten. Gemiddeld sloten zij af met een inkomen van 19.000 euro per onbetaalde arbeidsjaareenheid.
Glasgroentebedrijven hebben in het Ehec-jaar gemiddeld een tweemaal zo groot verlies geleden als in het voorheen slechtste jaar 2009. In 2010 was het inkomen iets meer dan een ton.
Het Productschap Tuinbouw berekende de Ehec-schade voor teeltbedrijven op 233 miljoen euro. De Europese organisatie Copa-Cogeca becijferde op het hoogtepunt van de crisis de totale schade op EU-niveau op zo’n 400 miljoen euro per week. De inkomens van primaire bedrijven werden sterk negatief beïnvloed door deze crisis. De opbrengstprijzen voor groenten en fruit daalden in 2011 in Europa met zo’n tien procent. Toch is dat niet geheel toe te schrijven aan de Ehec-crisis.
De inkomensontwikkeling van glasgroentebedrijven is veel dynamischer dan die voor vollegrondsgroente- en fruitbedrijven, waar gemiddeld de laatste tien jaar gematigde winstcijfers zijn genoteerd.
De glastuinbouw is kwetsbaar. Het LEI berekende dat in 2009 en 2010 de solvabiliteit (mate van financiële gezondheid) is gedaald met meer dan 30 procent. Naast de sterke groei van geleend kapitaal staat het eigen vermogen onder druk door slechte inkomens en een waardedaling van tuinbouwkavels.
In 2011 steeg het aantal faillissementen in de land- en tuinbouw naar 141, voornamelijk groente, bloemen of champignons.
Bron: Groenten & Fruit