Doorgaan naar artikel

‘Rustig en op kracht tomaten telen’

Bij Kwekerij Lijntje in Moerkapelle staat de tweede tomatentros in bloei.

De op 21 december geplante Gerdicia is eigenlijk een trostomatenras, maar het wordt bij Lijntje voor de losse oogst geteeld. Rob Oosterom: “Hij is net iets grover en productiever dan de Livento die we al 4 jaar geteeld hebben. Dat kun je wel gebruiken met deze hoge energiekosten.”

Er is gestart op 2,4 stengels per vierkante meter. Inmiddels is een eerste trosdief aangehouden. De eindafstand gaat naar 3,6 stengels per vierkante meter. De relatief hoge platdichtheid ten opzichte van veel collega-telers past bij de gekozen teeltstrategie op het bedrijf. “Wij kiezen voor rustig en op kracht telen. Al maak je het jezelf daarmee wel lastig in het begin van de teelt.” Dat is nog eens extra het geval in een donker jaar als dit, waar in 4 weken tijd al 2.000 joules achterstand is opgelopen ten opzichte van vorig jaar qua hoeveelheid licht die het gewas heeft gehad.

“Maar als je de teelt goed op gang krijgt bij die hogere stengeldichtheid, dan kun je daar later in de teelt wel meer productie uit halen.” Met de huidige hoge gasprijzen is zo’n teeltstrategie met beperkte temperaturen een extra voordeel. Het aanhouden van meer stengels vraagt wel een aangepaste klimaatsturing. “Je moet dan terug in etmaaltemperatuur. Je kunt niet te snel gaan.” Er worden etmaaltemperaturen van slechts 15,5 tot 15,7 graden Celsius gehanteerd.

Als het licht is, geven we direct gas. Met donker weer trappen we juist gelijk op de rem

Lichtafhankelijk sturen

Een ander aspect van de teeltstrategie op het tomatenbedrijf is het sterk lichtafhankelijk reageren. “Als het licht is, geven we direct gas. Met donker weer trappen we juist gelijk op de rem. We laten de plant natuurlijk nooit ‘leeg lopen’, maar we telen wel heel scherp.” Er worden geen reserves in de plant opgebouwd. “Die moet bij ons nooit echt paars komen te staan.”

Buizen meer gaan begrenzen

In week 5 staat in de nacht 13 graden Celsius als temperatuur ingesteld. Overdag wordt het ongeveer 20 graden met lichtverlagingen. “Als het ’s morgens licht wordt, is het 17,5 graden. Daarna volgt altijd een piekje van zo’n 20 graden. Maar bij een dag met veel zon kan dat best ook naar 22 of 23 graden opgetrokken worden.” In de namiddag volgt nog een periode van 18,5 graden, hoewel onder lichtrijke omstandigheden de lijn van 20 graden Celsius doorgetrokken mag worden.

“Met die hoge gasprijzen zijn we in de nacht de buizen wel iets meer gaan begrenzen dan gebruikelijk. Als ze van 13 graden wegzakken naar 12,5 graden vinden we dat minder erg. Daarmee probeer ik meer warmte in de buffer te houden, om overdag te kunnen stoken. Ik gebruik 0,7 kuub gas/m2 per week met de wkk. Daar kom ik tot nu toe goed mee weg. Want ik zie het niet terug in het gewas, dat we 1,5 kuub gas minder hebben gebruikt dan vorig jaar, vanaf de start in week 51. Je leert omgaan met zuiniger telen.”

Zekerheid bij onderhoudscontact

Het is wel belangrijk dat de wkk goed blijft draaien, zodat teruglevering van elektriciteit de hoge gaskosten afvlakt. “Bij het aangaan van een nieuw onderhoudscontract hebben we daarom in de keuze voor een onderhoudspartij bijvoorbeeld goed gelet op een snelle service en dat er onderdelen op voorraad liggen. Want je kunt met deze gasprijzen niet lang stil liggen met de wkk.” Onlangs ging de startmotor ineens kapot. Een monteur die direct langs een magazijn reed op een nieuwe op te pikken en direct langs kwam om de startmotor vervangen, bewees nog eens het belang van deze voorkeursbeslissing.

Samen met het personeel proberen we schoon te blijven. Ik probeer mijn uitzendkrachten mee te nemen in dat verhaal

Vroeg op de mat

De planten zijn al heel vroeg op de mat gegaan, vanwege ongelijkheid in het plantmateriaal. Dit was op zijn beurt gevolg van een achteraf slecht bijpassende teeltlijn in de eerste fase van de opkweek, door onbekendheid met het nieuwe ras. Het snel op het substraat plaatsen pakte goed uit. Inmiddels is Oosterom naar drain toe aan het werken, met 10 tot 15% drain. De druppel-EC zit op 3,1 mS/cm bij een pH van 5,9. De laatste keer zat het monster in de mat op 5 EC. “Maar ik verwacht dat die mat-EC iets aan het zakken is.”

Bedrijfshygiëne

Bij het voorkomen van ziekten en plagen staat bedrijfshygiëne als allerbelangrijkste maatregel centraal. “Samen met het personeel proberen we schoon te blijven. Ik probeer mijn uitzendkrachten mee te nemen in dat verhaal, zodat ze met schone schoenen en gewassen schone kleding hier op het bedrijf komen.”

Ook in de teeltmaatregelen wordt zorg besteed aan het goed schoon aan de nieuwe teelt beginnen. “Zo halen we tijdens de teeltwisseling alle buizen omhoog. Het is even extra werk om ze in spekhaken te hangen en terug te leggen, maar je kunt dan wel een strook van 8 meter loopfolie ineens opruimen en later nieuw leggen. Dat werkt beter dan met allemaal smalle strookjes te werken.” Plagen kunnen dan minder makkelijk ergens wegkruipen.

De zorgvuldige hygiënestrategie werkt tot nu toe naar tevredenheid. Corrigerende maatregelen zijn minder nodig. “Zo brengen wij geen pepinomozaïekvirus in en hebben toch al twee jaar geen last van pepino gehad. We hangen ook de kas niet vol met gele vanglinten, maar we zien niet of nauwelijks wittevlieg. Die vangstroken nemen toch licht weg en kosten geld.” Na een preventief rondje met Vertimec wordt vanaf week 7 of 9 alleen Encarsia uitgezet, rond week 20 of week 21 gevolgd door Macrolophus. “Alleen spint hadden we jarenlang niet gehad, maar vorig jaar ineens weer wel.”

Van Tuta absoluta heeft het gewas al 2 jaar geen last meer. Galmijt heeft een paar jaar voor veel overlast gezorgd, maar is met zwavelen ook weer onder controle gekomen.

Auteur: Peter Visser

Bekijk meer

Share this

Afbeelding
Rob Oosterom

is teler van losse tomaten bij Kwekerij Lijntje in Moerkapelle

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin