De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) ziet risico’s voor de drinkwatervoorziening door het vele boren naar bodemenergie. Voor diepere bopringen verkent ILT de risico’s samen met het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM).
Onder de term bodemenergie verstaat ILT het in gesloten of open systemen oppompen van warm water voor warmte-koudeopslag en het aandrijven van warmtepompen in particuliere huizen en grotere bedrijfspanden. Het boren en na het leggen van de leidingen weer afvullen van boorgaten levert nogal wat ongewenste situaties op, schrijft ILT in een zogeheten signaalrapportage aan staatsecretaris Stientje van Veldhoven van Infrastructuur en Waterstaat.
Schadelijke smeermiddelen
Behalve niet deugdelijk afdichten van de boorgaten is ook het gebruik van milieuschadelijke smeermiddelen tijdens het boren een risico voor met name het winnen van schoon drinkwater. Ook het boren op locaties met bodemverntreiniging kan problemen veroorzaken. Nu al blijkt de hoeveelheid boringen voor gebrek aan overzicht te zorgen bij toezichthoudende gemeentes.
Dieper zoeken met SodM
ILT is het bevoegd gezag voor boringen tot 500 meter diepte waar SodM dat is voor diepere boringen. Zowel diepe als ondiepe geothermie voor de glastuinbouw haalt in vrijwel alle gevallen de warmte van dieper dan die 500 meter. Toch kunnen de aanbevelingen van ILT wel degelijk leiden tot extra veiligheidseisen voor ook de diepere boringen. Beide diensten trekken gezamenlijk bij het verder verkennen van de risico’s voor het milieu bij boringen in de diepe ondergrond.
Lees meer over het thema energie via GFactueel.nl/energie/