Naktuinbouw is niet aansprakelijk voor virus in getoetst vermeerderingsmateriaal, blijkt in een aardbeienzaak.
In hoger beroep heeft het Gerechtshof Den Haag eisen van de aardbeienplantenvermeerderaar afgewezen. Het gaat om de uitvoering van de taak door Naktuinbouw om jaarlijks virusvrij materiaal te leveren voor vermeerdering. Zo’n toetsing hoeft geen 100% garantie in te houden, oordeelt de rechter. De rechter gaat niet mee in de stelling van de vermeerderaar dat Naktuinbouw geen geschikte planten heeft geleverd voor vermeerdering.
Aardbeikrinkelvirus
In 2011 tot en met 2014 heeft Naktuinbouw het plantmateriaal, dat bij haar in stand werd gehouden, getoetst op aanwezigheid van onder meer het aardbeikrinkelvirus. Volgens de rechter waren de planten getest volgens de voorgeschreven toetsmethoden en waren deze volgens het reglement vrij van virus bevonden. In 2015 kwam echter een klacht binnen bij één van de telers over de groei van de aardbeienplanten uit deze vermeerderingslijn. Het virus bleek in alle geteelde partijen aanwezig en had dezelfde stam als de in 2010 al eerder besmet gevonden planten. Dat jaar vond Naktuinbouw het virus in een aantal planten en liet de besmette planten buiten de selectie voor virusvrij materiaal.
Overeenkomst
Een garantie tot het volstrekt virusvrij leveren van planten staat niet in de overeenkomst, al lijkt communicatie van Naktuinbouw daarop te duiden. Naktuinbouw stelt volgens de rechter terecht dat certificering van plantmateriaal niet betekent dat het getoetste plantmateriaal 100% zeker volledig virus- of ziektevrij is, alleen al omdat sprake is van een levend organisme. Tussen professionele organisaties had dit voldoende duidelijk moeten zijn. Naktuinbouw is daarmee ook niet tekort geschoten in haar communicatie en voorlichting.