Doorgaan naar artikel

‘Nog veel vragen over gebruik V10 en rol AID’

Na een publicatie in NRC staat de toelating van V10 van meer dan 10 jaar geleden weer volop in de aandacht. Een oude discussie over een groen middel, of zijn er lessen te trekken?

Het toezicht op gebruik van V10 in de tomatenteelt is in grote lijnen te reconstrueren. Toch is er nog mist na de antwoorden van landbouwminister Carola Schouten op Kamervragen. Daarin geeft Schouten die reconstructie vanaf 2006. Uit plantgezondheidsjaarverslagen van de NVWA (of voorgangers PD en AID) is te zien hoe het toezicht geregeld was op opkweekbedrijven en teeltbedrijven tussen 2008 en 2020. Te zien is ook dat het middel V10 met zwakke isolaten van het Pepinomozaiekvirus (PepMV) in 2008 vrij breed werd toegepast, terwijl de eerste tijdelijke vrijstelling in 2013 kwam. Twee keer werd niet tot handhaving besloten.

Een eerste kanttekening is wel te maken. In de reconstructie wordt 2006 genoemd als moment dat vaccinatie met milde isolaten breed werd toegepast, toen ging het echter niet om het middel V10, maar mogelijk om praktijktoepassingen.

Lees ook: Minister geeft openheid over rol NVWA rond V10

Geen proefontheffing

Uit de reconstructie leidt het ministerie van landbouw af dat er geen proefontheffing was voor V10. Dat is cruciaal. Echter, absolute zekerheid is er niet. NVWA zegt dat ‘voor zover bekend’ er geen proefontheffing was. Toelatingsinstituut Ctgb heeft grondig haar archieven doorgezocht op zo’n proefontheffing, maar niet gevonden. Zelf heeft Ctgb uit mediaverslagen uit die periode wel over een proefontheffing voor V10 gelezen.

Zo’n proefontheffing zou een beperkte toepassing toestaan. Of het gebruik op 200 hectare teelt (of meer) daaronder valt, is dan maar zeer de vraag. Ctgb zegt dat een proefontheffing lastig terug te vinden is. Een fabrikant vraagt dat vaak niet op eigen naam aan. Deze wil de concurrentie niet op het spoor brengen.

Gebruik van V10 was lange tijd illegaal, stelt minister Schouten - foto: G&F

Gebruik van V10 was lange tijd illegaal, stelt minister Schouten – foto: G&F

Risico voor mens en milieu

Bij het toetsen van zo’n proefontheffing kijkt Ctgb of het middel een risico is voor mens en milieu. Zo niet, dan zijn bredere praktijktests mogelijk waarmee de fabrikant data kan verzamelen voor een toelating.

Uit de reconstructie van het ministerie blijkt dat de Plantenziektenkundige Dienst (PD) deelnemers in 2009 waarschuwde voor overtredingen met V10. Deze voorganger van de NVWA wees gebruikers op de mogelijkheid van een proefontheffing. Die was er dus niet, mag uit dat advies worden geconcludeerd.

Tegelijk lijkt de rol van de Algemene Inspectiedienst (AID) wel op zo’n proefontheffing te duiden. De AID besloot niet te handhaven omdat het middel geen gevaar zou opleveren voor milieu. Daarmee is het middel dus getoetst. De AID mag zo’n toets zelf niet uitvoeren, dus is de vraag of ze daarmee een conclusie van de Ctgb aanhaalt. Was er dan mogelijk wel een proefontheffing? Of ging de AID hiermee buiten zijn boekje?

Vervolgonderzoek

Of een proefontheffing er was of niet, is cruciaal. De zaak is ernstiger zonder zo’n proefontheffing. De V10-fabrikant Valto wil in deze fase niet reageren, maar wijst erop dat wetgeving voor chemische gewasbeschermingsmiddelen de ontwikkeling van groene middelen bemoeilijkt. Die actuele discussie is belangrijker dan terugkijken.

Mogelijk geeft een vervolgonderzoek meer duidelijkheid. Politieke partijen drongen daarop aan na krantenpublicaties van NRC. Het ministerie zet dat vervolgonderzoek nu in werking via een nog aan te stellen extern deskundige.

Voor fabrikant Valto lijkt de onverwacht opgeleefde oude discussie over V10 geen gevolgen te hebben. De NVWA stelt dat het middel nu is toegestaan in de opkweekfase en in de productiefase. Ze overweegt daarmee geen handhaving achteraf ‘op dit moment’.

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin