Fruitteler Sander Verstegen uit Opijnen is deze week met de pluk gestart. De NPPL-deelnemer ziet in zijn boomgaard veel meer uniformiteit dan voor hij met precisieteelt aan de slag ging.
Verstegen ging maandag 30 augustus met een kleine ploeg aan de gang met een eerste pluk van Elstar. Daarna volgt het perenras Migo, dat bij de introductie nog als ras voor ná de Conference-pluk gezien werd, maar dat bij Verstegen vóór ligt op het grootste perenras. “Op 14 september verwachten we met Conference te starten. Dat zal zo’n tien dagen in beslag nemen.
Tegen die tijd wordt het hoog tijd voor de tweede pluk Elstar en later volgen nog rassen als Kanzi, Boskoop en Tessa. Wat betreft plukpersoneel lijkt het erop dat dit jaar nog voldoende plukkers te vinden zijn, maar Verstegen merkt wel dat het lastiger wordt.
De kleuring komt goed op gang en hagelschade van betekenis is tot op heden uitgebleven
Mooie oogst
“Zeker bij appels is het gewoon een hele goede oogst van een mooie kwaliteit”, aldus Verstegen. “De kleuring komt goed op gang en hagelschade van betekenis is tot op heden uitgebleven. De handdunning viel dit jaar flink mee. Alleen bij Kanzi, met soms meer dan 150 dunuren per hectare, had het wel veel minder mogen zijn. Bij Conference konden er wel wat meer stuks aan een boom hangen, maar de peren groeien nu wel heel mooi tot een grove maat uit. Alleen het perenras Migo valt echt tegen in productie.”
Precisiefruitteelt meer uniformiteit
Vlak voor de pluk is het een mooi moment om samen met de teler, die sinds twee jaar meedoet aan de Nationale Proeftuin Precisielandbouw (NPPL), terug te blikken op zijn ervaringen in weer een seizoen met precisiefruitteelt. Belangrijk doel voor precisiefruitteelt was door veel meer plaatsspecifiek te handelen de percelen uniformer in groei en vruchtdracht te krijgen. “Ik ben erg tevreden hoe dat nu in het tweede jaar gelukt is. Door boomgericht te wortelsnoeien, boomgericht te vruchtdunnen en boomgericht te bemesten zijn de verschillen tussen bomen in de percelen veel gelijkmatiger geworden. Technisch waren er weinig of geen problemen met de soms aangepaste machines en het werken op taakkaart.”
Dronebeelden groei en bloei
Bij veel percelen wordt regelmatig de groei en ook de bloei met dronebeelden in beeld gebracht. Omdat Aurea Imaging samen met Kubota proeven op zijn bedrijf doet, is dat wel wat vaker dan gebruikelijk. In februari is er op veel percelen met (deels) wat sterkere groei al op taakkaart gewortelsnoeid, waarbij alleen bij de wat sterker groeiende bomen het wortelsnoeimes in de grond ging.
Vervolgens is er in de bloei met bloemdunningsmiddel ATS gespoten, maar zijn de dunnerbloeiende bomen wel overgeslagen met zijn drierijenspuit op gps. Later in mei kregen alleen de zwakkergroeiende bomen een extra gift van de opgeloste kunstmest, met een aangepaste onkruidspuit met een daarop bevestigde broeskop. Met de omgekeerde taakkaart werden vervolgens de sterkgroeiende bomen met het groeiremmingsmiddel Regalis gespoten.
Minder extreme groeiverschillen
In de percelen zie je zichtbaar meer uniformiteit, stelt Verstegen. Maar hij ziet het ook aan de taakkaarten. “Op de eerste taakkaarten van de eerste keer van het vorige seizoen zag je grote verschillen in kleuren binnen het perceel, waarbij elke kleur voor een bepaalde groeikracht staat. Nu zijn er nog steeds wel verschillen in groei en vruchtdracht maar veel minder extreem.”
Auteur: Wouter van Teeffelen