Voor de tijd van het jaar staan de biologische gewassen van kwekerij Frank de Koning er goed en gezond op.
“We maken nog steeds stappen”, zegt teeltmanager Wim van Marrewijk van biologische kwekerij Frank de Koning op Voorne-Putten (Zuid-Holland). “We vertrouwen erop dat we het einde van het teeltseizoen goed gaan halen. Dat is wel eens anders geweest. We zien nu dat er nog steeds progressie in zit.”
Krachtige gewassen
Op de locatie met trostomaten, snoeptomaten (Sweetelle) en cocktailtomaten (Brioso en Annamay) staan de gewassen er goed op. “Voor de tijd van het jaar staat er een grasgroen, gezond en krachtig gewas, dat energie over heeft. We lopen met het vruchtgewicht ook voor op vorig jaar. Dat betekent dat er een goed wortelgestel onder het gewas staat en we geen aaltjesproblematiek hebben. Zonder twijfel haalt het gewas op een goede manier het einde van de teelt.”
Bij de trostomaten zijn op 3 september de koppen eruit gehaald. Bij de cocktailtomaten is dat op 13 september gebeurd. Van Marrewijk: “Hier hangen nog 8 tot 9 trossen, die we moeten oogsten.” De snoeptomaten zijn op 17 september gekopt. Het vruchtgewicht is 11 tot 13 gram.
“Het enige probleem in deze tomatenkas is een hoge concentratie Macrolophus. Om dat omlaag te brengen, spuiten we koppen van de planten nu met azadirachtine.”
In de kleine tomaten hebben we relatief laat nog een aantasting met spint gekregen, die we met de roofmijt Phytoseiulus persimilis en galmuglarve Feltiella hebben bestreden
Snoeptomaat productiever
Op de andere locatie staan in een kas wilde tomaten, smaaktomaten en een gedeelte minipruimtomaat (Duelle). “De eerste helft van het seizoen, tot en met week 26, lag de productie van Duelle voor op Sweetelle. Daarna, in de tweede helft van het seizoen, zijn de productie en vruchtgewichten in elkaar gezakt en gaat de minipruimtomaat het weer verliezen ten opzichte van de snoeptomaat”, aldus de teeltmanager. “In de kleine tomaten hebben we relatief laat nog een aantasting met spint gekregen, die we met de roofmijt Phytoseiulus persimilis en galmuglarve Feltiella hebben bestreden. Door de relatief late spintplaag hebben we de Tuta niet op tijd kunnen bestrijden, waardoor we een zwaardere schade aan het gewas, vooral de bladeren, hebben gekregen. Dat wil je niet, omdat het belangrijk is om met een goed gezond gewas de teelt te kunnen beëindigen.” De druk van meeldauw is laag.
Meevallende aubergineproductie
Aubergines hebben tot en met week 36 een behoorlijke productie opgeleverd, die boven die van andere jaren ligt. “Dat is een aardige meevaller voor de tijd van het jaar. “Zeker als je kijkt naar de hoeveelheid licht in vergelijking met andere jaren”, meldt Van Marrewijk.
De rode aardappeltopluis sluimert nog steeds in licht mate voort. Wel blijft het in balans met de biologische gewasbescherming. “Het auberginegewas gebruiken we verder voor de opkweek van allerlei natuurlijke vijanden, zoals roofwantsen, galmuggen, lieveheersbeestjes en sluipwespen. Deze verspreiden zich vanzelf door de kas naar andere gewassen zoals paprika en komkommer.”
De galmuglarven zitten standaard in de kas en vermenigvuldigen zich goed
Meer bladafsplising door onderstam
De komkommer doet het over de hele linie ook goed. Van Marrewijk: “Drie weken geleden hebben we één vrucht op drie bladeren aangehouden, waardoor het gewas snelheid en kracht behoudt. Hierdoor staat er een sterk komkommergewas. Ook de onderstam TRC11550 zorgt ervoor dat de plant meer bladeren afsplitst, wat uiteindelijk voor meer productie zorgt.”
Op een enkele plek is katoenluis waargenomen. Deze wordt met de galmuglarve Aphidoletes aphidimyza opgeruimd. “Deze galmuglarven zitten standaard in de kas en vermenigvuldigen zich goed.” Meeldauw is beperkt aanwezig in het gewas, maar is beheersbaar en niet zorgwekkend.
Sterk paprikagewas
“Bij de puntpaprika is de productie niet verkeerd, ondanks dat we dit jaar beduidend meer problemen met meeldauw hebben. De aangetaste bladeren leveren geen assimilaten meer, waardoor het uiteindelijk minder suikers richting de vruchten oplevert, wat ten koste gaat van de productie”, vertelt Van Marrewijk.
Door het spuiten met een plantversterker is het gewas nu vrijwel meeldauwvrij. Ook de luisdruk is laag in het tweede helft van dit jaar. “Er zit nog een goed eindschot aan de plant. Ondanks de problemen met Verticillium in deze kas, staat het gewas van de blokpaprika er ongelooflijk sterk op. Dat is mede dankzij Natural Grow, een nieuwe plantversterker, die ervoor zorgt dat de plant extra power heeft. Tevens zorgt het middel voor een betere herverdeling van suikers in de plant en vruchten. Dat zien we door duidelijk meer vruchten van goede kwaliteit aan de stengel.”
Auteur: Harry Stijger