De energieplannen van het havencluster Rotterdam en Moerdijk tonen kansen voor de tuinbouw.
De energiestrategie voor de gecombineerde havengebieden kent vijf sleutelprojecten. Ze zijn gebundeld in een gezamenlijk Cluster Energie Strategie (CES). Het bekendste project is WarmtelinQ, de warmteleiding naar Den Haag. Het is een cruciaal project voor het Havenbedrijf, dat de vraag in de glastuinbouw naar havenwarmte wil stimuleren, in combinatie met CO2-levering. Het Havenbedrijf maakt zelf bekend dat voor aanwending van de warmte geen alternatieven zijn.
Waterstofwarmte serieus in beeld
Bedrijven in het havengebied, zoals Shell en Uniper, hebben zeer ambitieuze plannen om waterstof te produceren. De warmte uit die productie (electrolyse) is een interessante duurzame warmtebron voor de glastuinbouw langs het warmtetraject van WarmtelinQ. Op deze duurzame warmte lijkt de tuinbouw meer te wachten dan op fossiele havenwarmte.
Ook in Noord-Brabant liggen kansen voor de benutting van warmte uit het haven- en industriegebied, bijvoorbeeld voor levering aan het Amernet, waaraan circa 45.000 woningen en 300 glastuinbouwbedrijven zijn aangesloten. Daarvoor is een leiding nodig tussen Geertruidenberg en Moerdijk. Over een leiding naar glasgebied Prinsenland wordt niet gesproken in deze strategie.
Leiding en opslag
De plannen van de havengebieden leiden tot graafwerk, maar ook tot inzet van het gasleidingstelsel. Zo wordt een buisleidingeninfrastructuur via Moerdijk-Geertruidenberg richting Geleen en de aansluiting met Noordrijn-Westfalen voorzien. Dat maakt transport met de mogelijkheden van onder andere waterstof en CO2 mogelijk. Hier wordt niet over glastuinbouw gesproken.
Een van de andere sleutelprojecten van het havencluster is ondergrondse opslag van CO2, het PORTHOS-project. Deze mogelijkheid lijkt de levering aan glastuinbouw van CO2 te remmen, maar het Havenbedrijf zal CO2 moeten leveren om de warmte kwijt te kunnen.
Lees meer over het thema energie via GFactueel.nl/energie/