Het is niet denkbeeldig dat het nieuwe kabinet niet alleen een minister van landbouw heeft, maar ook een staatssecretaris. Opmerkelijk, als je weet dat het nog niet lang is geleden dat het departement van landbouw op sterven na dood was.
Ruim vier jaar geleden was de vraag of het landbouwministerie weer nieuw leven ingeblazen zou worden. Het antwoord was anders dan de VVD tot dan toe steeds had verkondigd: er kwam weer een departement van landbouw. Het was nog een hele klus de landbouwdelen weer los te weken van het toenmalige ministerie van Economische zaken.
Zo’n exercitie hakt behoorlijk in het ambtelijke apparaat. Topambtenaren hebben een beetje hun bekomst van de herindeling van ministeries. Herindelingen kosten tijd en geld en dat kun je beter besteden aan de opgaven waarvoor Nederland staat. Daarvoor heb je vakmensen nodig, die weten waar het beleid over gaat. Aan organisatiedeskundigen raak je geld kwijt, zonder dat je iets aan het beleid verandert.
Ministerie heeft bestaansrecht bewezen
Nu het landbouwministerie alweer vier jaar bestaat, kun je wel stellen dat het zijn bestaansrecht heeft bewezen. Al is lang niet iedereen blij met het beleid dat de ooit toegejuichte boerendochter Carola Schouten als minister over het land heeft uitgestrooid.
Ministers voor volkshuisvesting en klimaat
In de afgelopen weken is al vaak geopperd dat het logisch is om een minister voor volkshuisvesting en ruimtelijke ordening aan te stellen. Verschillende adviezen aan de regering geven aan dat er meer regie moet komen op de inrichting van Nederland en dat de bouwopgave meer vanuit het Rijk moet worden uitgevoerd.
Daarnaast klinkt op verschillende plekken de roep om een klimaatminister, die zich nadrukkelijk bezig houdt met de realisering van de doelstellingen die Nederland en Europa zichzelf hebben opgelegd.
Wie in Den Haag zijn oor te luisteren legt, hoort dat de aanstelling van een staatssecretaris naast de minister van landbouw een logische gedachte is
Twee bewindslieden op landbouw
Veel van de opgaven die nu op het bord van het landbouwministerie liggen, zijn zo omvangrijk, dat het voor één bewindspersoon nauwelijks te behappen is. Wie in Den Haag zijn oor te luisteren legt, hoort dat de aanstelling van een staatssecretaris naast de minister van Landbouw een logische gedachte is, waar aan de formatietafel ook wel over wordt gedacht.
Op het landbouwdepartement zou dan een minister komen die zich met de landbouwtransitie bezig houdt. Die minister opereert waar klimaat, water, stikstof en mest bij elkaar komen, in relatie tot de verduurzaming van de landbouw. Daar hoort pachtbeleid mogelijk bij en ook het gemeenschappelijk landbouwbeleid. De staatssecretaris op het departement zou zich dan meer bezig houden met het puur nationale landbouwbeleid.
Volgende week mogelijk van start
De vorming van het nieuwe kabinet zou al snel kunnen beginnen als de vier onderhandelende partijen daarvoor definitief een fiat voor geven. Kamerleden van VVD, D66, CDA en ChristenUnie hopen de komende dagen meer inzicht te krijgen in het coalitieakkoord. Als ze daarmee instemmen, kan Mark Rutte als formateur worden aangesteld, zodat hij een kabinet kan samenstellen.