Kabinet-Rutte IV geeft en neemt van de glastuinder

De glastuinbouw krijgt in het regeerakkoord van kabinet-Rutte IV de rol van koploper in energietransitie toebedeeld. De sector moet vanaf 2025 echter wel € 145 miljoen extra energiebelasting gaan betalen.

“In de glastuinbouw is veel potentie om koploper te zijn in energiezuinige en circulaire productie van hoogwaardige producten. De sector kan zelfs CO₂-postitief worden, maar leunt nu nog vooral op aardgas. We gaan deze overstap stimuleren in plaats van ontmoedigen. We creëren de randvoorwaarden om de glastuinbouw verder te verduurzamen en koploper te laten zijn in energiezuinige, circulaire producten.” Dat schrijven de vier coalitiepartijen in het woensdag 15 december gepresenteerde regeerakkoord. Aardwarmte en aquathermie worden door het nieuwe kabinet gestimuleerd, aldus het coalitieakkoord.

Minister van Klimaat en Energie

De minister van Klimaat en Energie die in het nieuwe kabinet zitting neemt, krijgt een klimaat- en transitiefonds van € 35 miljard voor de komende tien jaar in zijn of haar beheer. Dit geld komt bovenop de huidige Subsidieregeling Duurzame Energie SDE++. Die SDE wordt losgekoppeld van de Opslag Duurzame Energie (ODE): de tweede en derde tariefschaal van die voor elektrificerende glastuinders zo ongunstige heffing gaat vanaf 2023 fors omlaag.

Afschaffing korting op energiebelasting

De glastuinbouw moet echter ook voordeel opgeven. In 2025 rekent kabinet-Rutte IV op € 45 miljoen inkomsten uit energiebelasting door de afschaffing van het verlaagd tarief energiebelasting voor de glastuinbouw. En nog eens € 100 miljoen door het beperken van de inputvrijstelling voor wkk’s. Deze maatregel hing de sector al boven het hoofd. De korting die de sector krijgt op de in 1996 ingevoerde Regulerende Energie Belasting, werd door de Europese Unie goedgekeurd tot en met 2024.

Glastuinbouw Nederland: per saldo positieve maatregelen

Adri Bom-Lemstra, voorzitter van Glastuinbouw Nederland, ziet per saldo de aangekondigde maatregelen als positief. “Het einde van dat verlaagde tarief voor de glastuinbouw, dat zagen we allemaal aankomen. Maar de verlaging van de ODE en het grotere budget voor de Energie Investerings Aftrek is gunstig.”

Sowieso is Bom-Lemstra erg blij met het benoemen van de glastuinbouw als potentiële voorloper. “Dat gaat ons echt helpen bij de uitwerking van het Convenant Energietransitie Glastuinbouw.”