Nederland scoort hoog met groente-innovaties in het retailschap. Maar laag met groente-eetmomenten. Dáár kan volgens ABN Amro de groenteconsumptie vergroot.
De Nederlandse eetcultuur dicteert nog steeds: groente eet je bij de avondmaaltijd, de lunch is brood en het ontbijt stelt sowieso niet veel voor. De gemiddelde Nederlander eet per week gemiddeld zes keer groente. Dat is minder vaak dan in de ons omringende landen. Daar speelt groente namelijk veel vaker een rol bij het ontbijt en de lunch.
Gemaksgroente overdag
In een onderzoek dat ABN Amro hiernaar deed blijkt gemak en gewoonte voor de Nederlandse consument leidend te zijn. “Door gemaksgroente te introduceren voor het ontbijt of de lunch kan de sector de consument ontzorgen”, aldus de onderzoekers. “Denk aan de introductie van ontbijtpap gemaakt van bloemkool. Of aan speciale verse groentesmoothie-pakketten zonder toegevoegde suikers waarbij de consument zelf de groente pureert tot een drankje (shake).”
Uit data van Mintel GNDP blijkt dat Nederlandse ondernemers meer innoveren dan hun Belgische, Duitse of Britse concurrenten.
Dergelijke noviteiten zijn juist in Nederland relatief talrijk. Meer dan in onze buurlanden bieden telers en verwerkers van groente nieuwe producten aan aan de retail. Zo zijn ook de verspakketten die ‘mentaal kookgemak’ bieden, voor de avondmaaltijd al niet meer weg te denken uit het schap. In de laatste cijfers van GroentenFruit Huis blijken ze een regelrechte verkoophit. Die pakketten sloten echter ook aan op een diepgewortelde eetgewoonte.
Kansen in de gesloten keten
Om die gewoonteconsumenten te voeden met nieuwe ontbijt- en lunchgewoontes waarvan groente een groter deel uitmaken, ziet ABN Amro vooral kansen in de gesloten keten. Telers en hun coöperaties die samen met retailers inzichten delen in hoe de klant tot meer aankopen van deze voor beide partijen aantrekkelijke productgroep kunnen worden verleid. En ook samen de meeropbrengsten daarvan delen.
Lees verder onder foto
Wegblijven uit ‘race to the bottom’
“Dat zorgt er voor dat groenteleveranciers gedeeltelijk weg kunnen blijven van een aanbodgedreven bedrijfsmodel waarbij veel produceren centraal staat en prijs een dominante factor is in onderhandelingen met supermarkten”, aldus de economen van de bank. Genoemde inzichten worden nu al samen ontwikkeld in het kader van het Nationaal Actieplan Groenten en Fruit. Dat liet vorig jaar onderzoeken wat het effect kan zijn van zogeheten ‘nudges’ op de winkelvloer van in dat geval de agf-afdeling van een Dirk-supermarkt.