Je zou verwachten dat het niet uitmaakt waar je in Nederland een rechtszaak voert. Dat blijkt toch wel het geval.
Belastingbetalers die overhoop liggen met de fiscus en naar de rechter stappen, hebben bij de rechtbank Noord-Nederland veel meer kans om hun zaak te winnen dan bij de rechtbanken Den Haag en Noord-Holland. Dit blijkt uit een onderzoek van belastingadvieskantoor Deloitte.
Kans op een gunstig vonnis
Uit het onderzoek blijkt dat belastingplichtigen voor de rechtbank Den Haag slechts 34% van de zaken winnen. Voor de rechtbank Noord-Nederland trekken zij in 55% van de gevallen aan het langste eind. De kans op een gunstig vonnis voor de belastingbetaler loopt nog verder uiteen bij individuele rechters. Er zijn rechters die in 68% van de gevallen de belastingplichtige gelijk geven, terwijl collega’s in slechts 22% van de zaken in het voordeel van de belastingbetaler beslissen.
Belastingplichtigen hebben trouwens weinig te kiezen. Als zij in beroep gaan tegen een beslissing van de Belastingdienst, wordt dat behandeld door de rechtbank in hun regio.
Belastingdienst krijgt vaker gelijk
Een andere opvallende trend is dat belastingbetalers sinds 2013 steeds vaker het lid op de neus krijgen bij de rechter. In de periode vanaf 1995 wonnen ze gemiddeld 45% van de belastingzaken. In 55% van de gevallen kreeg de Belastingdienst gelijk van de rechtbank, het gerechtshof of de Hoge Raad. Maar in 2019 vonden belastingbetalers de rechter nog maar in 36% van de zaken aan hun zijde.
De oorzaak van de grote verschillen is dus niet bekend
Er is niet onderzocht waardoor de winstpercentages tussen sommige rechtbanken en rechters zo sterk uiteenlopen. Wel is duidelijk dat de oorzaak niet schuilt in het soort belasting dat wordt aangevochten, met uitzondering van de bepaling van de WOZ-waarde. In die zaken krijgen belastingplichtigen in 54% van de gevallen gelijk van de rechter. Overigens is de tegenpartij dan niet de Belastingdienst, maar de gemeente.
Strijd aanbinden met de fiscus
De oorzaak van de grote verschillen is dus niet bekend. Maar de uitkomsten zijn zo opvallend dat een nader onderzoek wenselijk is. Het is niet te hopen dat het met vooringenomenheid van individuele rechters te maken heeft. Dat zou wel een heel erg slechte zaak zijn. De plaats waar de procedure gevoerd wordt, moet niet uitmaken voor de uitkomst.
Vooralsnog zou ik liever in Noord-Nederland de strijd aanbinden met de fiscus dan in de rest van Nederland.