Tuinders moeten actiever meebesturen en ondernemingsplatforms zijn daarbij het toverwoord. Het helpt snel draagvlak te creëren, maar willen de telers ook aan het stuur? En wat doet die directe besturing met branche-organisaties als LTO?
Het Productschap Tuinbouw geeft per april een deel van de besluitvorming in handen van ondernemers. In zes ondernemingsplatforms moeten straks 15 vertegenwoordigers uit ondernemingen plaats nemen, dus totaal 90 plaatsen voor ondernemingsvertegenwoordigers. Dat zijn niet allemaal teeltbedrijven. Ook medewerkers kunnen benoemd worden, maar het vraagt een forse inspanning van bedrijven, die deels al actief zijn in klankbordgroepen (PAC’s). Ook bij de planvorming voor het Topteam Tuinbouw werkten ondernemers mee in zes themagroepen. Saskia Goetgeluk, manager Greenport Holland, ziet de worsteling bij de ondernemers. “Ze vinden het een hoop gedoe en tijd, maar mijn ervaring is dat ze het wel doen als het nuttig is.” Greenport Holland gaat deze directe koppeling met de praktijk binnenkort evalueren.
Eén van de ondernemers in die themagroepen is Frank van Kleef, tomatenteler. Hij vertegenwoordigde de teelt in de themagroep onderwijs en kennisontwikkeling. “In die themagroep hebben we meer gepleit voor de binding van kennis in de praktijk, maar je moet niet de illusie hebben dat je met een paar besprekingen het hele sys-teem kunt laten kantelen.” Als ondernemer diende hij niet alleen als klankbord. “Ik heb duidelijk mijn mening laten horen en die is opgeschreven volgens mij.” Dat meer inbreng van ondernemers verwacht wordt, signaleert hij ook. “Het is wat de overheid wilde met dit topsectorenbeleid.” Van Kleef is (nog) niet gevraagd voor een ondernemingsplatform bij het PT. Hij zegt niet bij voorbaat nee, maar hoopt dat de groep actieve telers groeit.
Volgens LTO Noord Glaskrachtbestuurder Leo van der Lans klopt het dat ondernemingsplatforms steeds belangrijker worden en de vijver van vrijwilligers beperkt is. Toch is er al veel ervaring mee. “Het is een heel direct instrument om draagvlak te creëren. In Glaskracht werken we met ondernemingsgroepen waarmee we peilen waarheen we willen en of we op de juiste koers zitten.”
Zo bezien is de vorming van ondernemingsplatforms voor het PT nog een hele uitdaging. De bestaande productadviescommissies van het PT werkten goed omdat groentetelers samen direct iets voor hun teelt besloten. Dat komt met de thematische aanpak meer op afstand te staan. “Het wordt een hele uitdaging. Het kan een succes zijn om met bedrijven uit andere branches te praten, maar het kan ook een ver-van-mijn-bed show worden voor telers die niet meer goed weten waarover ze praten”, aldus Van der Lans.
Hoe de platforms het werk van LTO beïnvloedt, is ook nog niet duidelijk. Hoe houdt LTO bijvoorbeeld grip op ontwikkelingen in de sector als die ondernemersplatforms uit een brede groep losse vertegenwoordigers bestaat en daar de besluitvorming ligt? Van der Lans vindt dat een lastige vraag die zal moeten blijken. “Het zijn meestal wel dezelfde mensen die binnen de branche-organisatie hetzelfde roepen.” Glaskracht zal ook voordrachten kunnen doen voor de PT-platforms.
Goetgeluk noemt ook de nieuwe stichting Stap een geslaagde ondernemingsplatform. “Een groep ondernemers wil toch meehelpen de afzetstructuur te verbeteren. Net als bij de themagroepen bij het Topteam is daar geen vergoeding voor. Het moet dan wel nuttig zijn, vinden ondernemers.” Van der Lans denkt dat Stap een concreet probleem aan de kaak stelt en zich als tijdelijk platform opstelt. “Ondernemers weten dat ze er niet jaren aan vastzitten.”
De tuinbouw is dus gewend aan ondernemingsplatforms. Ze bestaan al jaren in organisaties als LTO Groeiservice, de afzetorganisaties en dus ook binnen LTO Noord Glaskracht. Toch lijkt er niet veel rek voor snelle verdere groei van zo’n direct besturingsinstrument, zeker als je kijkt naar voorspellingen dat het aantal ondernemers de komende jaren snel daalt. Voor de tuinbouw is dat een signaal en reden om het instrument heel gericht in te zetten en ook goed te begeleiden. Ondernemers zullen immers niet zo vastzitten aan het pluche als bestuurders. Daar zijn er – volgens telers – zeker wel genoeg van.
Bron: Groenten & Fruit – Auteur: Jeroen Verheul