De Rechtbank Gelderland stelt dat na vier tijdelijke contracten een medewerker loondoorbetaling krijgt, gebaseerd op piekmaanden.
De uitspraak volgt op een mondelinge behandeling via videoverbinding begin april vanwege het coronavirus. Het geschil gaat om het beëindigen van een dienstverband. Volgens de medewerker is beëindiging niet zomaar mogelijk, omdat er meer dan drie tijdelijke contracten zijn getekend in een periode van drie jaar. Dan ontstaat er een vast dienstverband. De teler uit Nieuwaal betwist dat sprake is van een vast dienstverband, omdat feitelijk twee tijdelijke contracten zijn aangegaan.
Correctie telt mee
De rechter oordeelt dat vier contracten zijn aangegaan. Eén contract was beoogd als een correctie op het bestaande arbeidscontract, maar volgens de rechter telt dat mee als nieuw contract. Het betrof een correctie in aantal gewerkte uren. Volgens de rechter staat in deze vierde arbeidsovereenkomst niet vermeld dat dit een correctie is op de derde arbeidsovereenkomst. Ook blijkt niet uit deze arbeidsovereenkomst dat partijen dit hebben beoogd en is de einddatum van het contract gewijzigd.
Uren vaststellen
Het contract had een bepaling voor variabele uren. In de maand april 2019 werd 195 uur geregistreerd als gewerkte uren, waar dat in mei terugviel naar 100 uur en in juni 111 uur. De medewerker raakte in juli 2019 arbeidsongeschikt. De rechter oordeelt dat het gemiddelde van deze maanden geldt als contracturen, waardoor de teler voor 135 uur per maand moet doorbetalen. Vanaf dit jaar is de uitbetalingverplichting verlaagd omdat de medewerker langer dan een half jaar arbeidsongeschikt is. De teler is op basis van de cao glastuinbouw verplicht 90% van het loon door te betalen.