De NVWA kan de taken op plantgezondheid niet aan, waardoor grote risico’s opdoemen voor teelt, handel en imago van Nederland.
De NVWA heeft te weinig capaciteit, terwijl er grote wetswijzigingen zijn doorgevoerd met veel extra taken en systemen. Op vrijwel alle taken schiet de organisatie daardoor nu tekort. Er moeten bijna honderd mensen bij komen om alle taken naar behoren uit te voeren op een totaal van 127 medewerkers op dit moment. Dat blijkt uit het rapport ‘Onderzoek of de capaciteit van de NVWA toereiken is voor het actuele en toekomstige takenpakket’. Het onderzoek in opdracht van het ministerie van Landbouw is uitgevoerd door bureau Deloitte en schetst de situatie van december 2019. De NVWA heeft sindsdien op het gebied van plantgezondheid veel aandacht besteed aan bestrijding van ToBRFV.
Grote belangen op het spel
Het risico dat gereguleerde organismen in de Nederlandse teelt opduiken, neemt toe. Ook is Nederland moeilijker in staat internationaal nog mee te praten over plantgezondheidsbeleid, omdat het niet meer toonaangevend is. Op het gebied van onderzoek en innovatie kan de NVWA niet mee met de toenemende internationale eisen op dit moment. Dat zijn grote risico’s voor de Nederlandse teelt, stellen de onderzoekers in het rapport.
Er vallen gaten
Zo blijkt uit het rapport dat plantaardige partijen nu weleens onterecht doorgelaten worden. Er is een achterstand bij het onderzoeken van analysemonsters. Ook bij exporttoezicht klagen bedrijven dat zij exportcertificaten niet op tijd krijgen voor zendingen. Dat kan de autoriteit en integriteit van de NVWA aantasten, stellen de onderzoekers.
Bij de NVWA is bovendien zeer beperkt ervaring beschikbaar op handhavingsregie- en handhavingsattitude. Zaken worden nu niet altijd opgepakt, wat de fraudegevoeligheid verhoogt. Ook hier heeft de NVWA nieuwe taken gekregen.
Uitstroom opvangen
De komende jaren is bovendien een grote uitstroom van medewerkers te verwachten vanwege leeftijd, waardoor kennis onder druk komt. Ook hier zien de onderzoekers dat risico’s op schadelijke organismen vergroot worden. Er is immers onvoldoende kennis van symptomen en hygiëneregels. Scholing is niet volledig en ook is de capaciteit voor ontwikkeling van innoverende methoden voor nieuwe organismen niet afdoende.
Nederland schiet verder te kort in de bijdragen op dit moment aan de internationale plantgezondheidsorganisaties EPPO en IPPC. Verder worden keuringsdiensten in Nederland nu niet goed aangestuurd, zodat de samenwerking kan verslechteren en opnieuw gevaarlijke gereguleerde organismen verspreid kunnen worden.
Verbeteringen ingezet
Minister Carola Schouten stelde in een reactie op het rapport dat een verbetertraject al is ingezet en capaciteit van de NVWA is vergroot, zonder plantgezondheid te noemen, maar wel bijvoorbeeld toezicht in slachthuizen. Volgens Schouten gaat veel ook wel goed en moet de NVWA opereren in een complexe omgeving waar steeds hogere eisen worden gesteld. Voor sommige taken stelt ze voor een discussie te openen welke risico’s aanvaardbaar zijn. Ook wil ze een debat over welke taken door andere organisaties kunnen worden opepakt. Ze benoemt daarbij niet specifiek plantgezondheid.