Groenbemesters met elk een eigen werking verdienen in bouwplan net zoveel aandacht als hoofdteelt.
Dat stelt Hendrik Nagelhoud van groenbemesterszadenleverancier DLF. Hij lichtte donderdagavond 18 juli op een informatiebijeenkomst in Wieringerwerf (N-H) het belang van groenbemesters in de vruchtwisseling toe.
Daarbij ging hij in op specifieke eigenschappen. In de toekomst zullen groenbemesters volgens hem vast onderdeel uitmaken van het bouwplan en net zo worden behandeld als een hoofdteelt.
Keuze is groot
De nadruk lag tijdens de bijeenkomst op mengsels, omdat het Gemeenschappelijke Landbouw Beleid van de EU enkelvoudige groenbemesters uitsluit. Een aansprekende werking is het verhogen van de organische stof.
Een grasgroenbemester bijvoorbeeld levert volgens de specialist 1 ton humus op. Japanse haver overtreft dit met 1,5 ton. “Dit is een effectieve organische stof. Een welkome aanvulling op wat het gewas nodig heeft”, aldus Nagelhoud.
Voeding voor gewas én bodemleven
Behalve voeding voor het gewas, dient de groenbemesters als voeding voor het bodemleven. Hier zit de crux. Verschillende groenbemesters hebben specifieke werkingen. Van aaltjesreducerend tot aaltjes vermeerderend. Het is dus van belang te weten wat in de grond leeft en welke gewas wordt geteeld.
Nagelhoud:
“Vital mix bestaat voor 90% uit aaltjesreducerende planten, maar de overige 10% kan bepalend zijn. Telers die problemen hebben (of verwachten) met bijvoorbeeld chitwoodi, kunnen beter kiezen voor een multiresistente bladrammenasmix/MultiNemamix.”
“Zo weet je zeker dat de chitwoodi onderdrukt wordt. Gele mosterd is een effectieve aaltjesbestrijder, maar de combinatie met bladraap – die de grond volledig bedekt – houdt slakken in stand.” Andere factoren die de keuze bepalen, zijn de wijze van wortelvorming, diep of breed, en de stikstofbinding.
Verhoogde biodiversiteit
Tijdens de rondgang konden geen cijfers worden overlegd van verhoogde biodiversiteit, een vitalere bodem of weerbaardere planten. Van de aanwezige agrariërs maakt 100% al gebruik van een of andere groenbemester.
Hopelijk niet alleen voor de vergroeningspremie, stelde Nagelhoud. Biodiversiteit over het bouwplan heen moet het hoofddoel zijn.
Complex mengsel NLG-mix
Een complex mengsel is de NLG-mix, die in de handel wordt gebracht door Dekker Meststoffen. De mix bevat 7 families en 23 cultivars: vlinderbloemigen/kruisbloemigen/grasfamilie en overige families.
Bio-bollenteler Huiberts is een van de gebruikers: “Iedere plant in dit mengsel doet wat. We geloven in de variatie en gaan uit van de kracht van de plant. Klaver is de stikstofbinder en die blijft het langst achter. Anderen zijn uitgekozen op hun voedingswaarde voor de grond en/of de ziektewerende werking.”
Eerste 2 jaar nog geen effect
De eerste 2 jaar moet je, volgens Huiberts, nog geen effect verwachten. Voor de bedrijfsvoering heeft het consequenties. “Het gaat om grove en fijne zaden die afzonderlijk worden gezaaid.”
Huiberts heeft de plantmachine aangepast zodat de zode wordt opgelicht en bollen onder de groenbemester komen te staan. Ploegen doet hij niet meer. De bio-teler is ervan overtuigd dat de bodem hiermee meer in balans komt en kunstmest en gewasbeschermingsmiddelen achterwege kunnen blijven. Het vraagt alleen wat geduld.