Op zaterdag 19 oktober zette Niek Gielens in Venray-Heide zijn eerste planting vervroegde rabarber in een oude kippenstal. De stal heeft twee afdelingen, waarvan er bij de eerste planting een wordt volgezet.
“De planten zijn vandaag uit de koeling gehaald”, vertelt Gielens op 17 oktober. “Dan hebben ze twee dagen om te ontdooien en dan zetten we ze mannetje aan mannetje in de stal.” Vervolgens worden de planten ingespoeld. “Dat is vooral om de neuzen zandvrij te krijgen, zodat de bladeren en stengels zandvrij zijn bij de oogst.” Daarna gaat de kachel aan op een temperatuur van circa 16 graden Celsius. “In twee weken bouwen we dat af naar 12 à 13 graden. Over ongeveer 30 dagen zijn we dan aan de eerste oogst toe.”
Natuurlijke koude
De planten voor de tweede planting vervroegde rabarber staan nog op het veld. “Die moeten het hebben van de natuurlijke koude, maar dat loopt op dit moment nog niet zo’n vaart. Daar valt verder ook niets aan te sturen, het is gewoon afwachten totdat ze aan die 360 tot 380 koude-eenheden zitten.”
Gielens vervolgt: “We starten dan met inzetten in de tweede afdeling, en met zo’n twee weken tussentijd zetten we de eerste afdeling voor de tweede keer vol. Dat sluit qua oogst dus niet op elkaar aan, er valt een gat tussen het einde van de oogst van de eerste planting en het begin van de tweede planting. Omdat er tussen de tweede en derde planting twee weken zit, hebben we daar wel enige oogstspreiding.”
Tekst gaat verder onder de foto
Bladeren klepelen
Van de rabarber op het veld zijn de bladeren geklepeld, tegelijkertijd is het onkruid mechanisch aangepakt. “Alleen op het veld met Frambozen Rood heb ik dat nog niet gedaan, want daar stond nog te veel groen blad op dat nog niet was gaan liggen. Als je dan het blad er al af klepelt, krijgt de plant niet de kans om de energie die in de bladeren en stengels zit, naar de pol te verplaatsen. Dat zou natuurlijk zonde zijn.” Bij de planting die op 23 juli hagelschade opliep, zijn de bladeren wel al geklepeld. “De planten hebben zich redelijk hersteld, maar je hoeft er volgend jaar natuurlijk geen topopbrengsten van te verwachten.”
Auteur: Stan Verstegen