‘Zonder folie train je de plant voor de zomer’

Boekestijn heeft de aubergine laten zaaien op 28 oktober. Ze zijn geënt op Maxifort en op 11 en 12 december geplant. “Het was een mooi kort gedrongen plantje, zoals ik gewend ben. Het was tijd om ze naar huis te halen want anders zouden de bladeren gaan overlappen bij de aangehouden dichtheid bij de plantenkweker.”

“De plantenkweker heeft een mooi gedrongen plantje afgeleverd, zoals ik gewend ben.” – Foto: Peter Boekestijn

Week eerder vastzetten

De planten zijn meteen op het plantgat gezet op een uitgedraineerde mat (ec 3,2). Er staan 1,64 planten per vierkante meter, in een V-systeem worden 3 stengels per plant aangehouden. Voor het planten heeft hij in de helft van de paden om en om de touwtjes al aan de gewasdraad gehangen. “We hebben geplant vanuit de paden zonder touwtjes. Nu kunnen we meteen beginnen met vastzetten en voor kerst hangen alle touwtjes. Zo heb ik het vastzetten een week naar voren gehaald om omvallen te voorkomen.”

{{foto.3}}

Geen fratsen met folie

De plantjes ontwikkelen zich goed. “Het weer van de laatste weken voor kerst viel steeds weer mee. Ze voorspelden donkere dagen, maar we zagen geregeld een paar uur de zon.”

Net als vorig jaar heeft hij geen vast folie aangebracht onder het beweegbare schermdoek. “We hebben er een aantal jaren mee geëxperimenteerd, maar voor de verdamping en wortelontwikkeling is het veel beter om zonder folie te starten. De plant moet dan harder werken en traint zich om met meer inhoud de zomer door te kunnen komen.” Het folie zat er sowieso maximaal maar 6 weken in. “Bij een buitentemperatuur van 10 graden ben je blij dat je die fratsen niet meer hebt uitgehaald.”

Vlak stoken en handmatig water geven

De stookinstelling staat op 21 graden vlak, met een graad verhoging tussen 100 en 300 Joules aan zonneschijn. “Tot er sprake is van plantbelasting hou ik hem vlak want anders zorg je alleen maar voor strekking van de plant.” De watergift gaat nog volledig handmatig. “Meestal geef ik om 13 uur een beurt totdat er water uit de mat komt. Dat is na ongeveer een minuut. Zo geef je ongeveer 60 tot 70 cc per druppelaar. Maar als de planten zijn ingeworteld dan ga ik op donkere dagen het watergeven overslaan om de wortels te laten zoeken.”

Ocap-CO2

Voor de CO₂-voorziening doseert hij alleen uit de Ocap-aansluiting vanwege de zuiverheid. “Pas als de luchtramen 10 tot 15 procent open gaan, mag de CO₂ uit de ketel erbij komen. Maar dat duurt meestal wel tot half maart.” In de eerste week stond de doseerunit nog uit. Daarna doseerde hij 600 ppm en in de week voor kerst was dat al opgevoerd naar 900 ppm. “Het plantje staat er goed bij en groeit al lekker. Het kan steeds meer CO₂ gebruiken. Ik voer het later nog iets op naar 1.000 ppm.”

Swirskii al bij plantenkweker erin

Net als voorgaande jaren is de biologische gewasbescherming al gestart bij de plantenkweker. Daar zijn de swirskii-roofmijten er al ingeblazen. “En ik vind ze nu al terug in het gewas. Het is een prettig idee dat iedere plant al direct bescherming heeft en het helpt om een eventuele eerste trips of wittevlieg op een heel laag niveau aan te pakken. Ik heb op de vangplaten een enkel grastripsje gevonden maar dat is zo geen enkel probleem. En wittevlieg heb ik nog helemaal niet gezien.” Boekestijn is de vorige teelt ook schoon geëindigd en heeft erg nauwkeurig alle gewasresten en onkruid verwijderd tijdens de teeltwisseling. De kas is alleen maar afgespoten met Ecoforte dat geen nadelige nawerkingen heeft op de natuurlijke vijanden of het gewas.

Minder zakjes ophangen

Begin januari, wanneer de planten elkaar gaan raken, gaat hij zakjes met swirskii ophangen. “Het standaard-advies is in iedere vier planten een zakje op te hangen. Maar vorig jaar had ik al zo’n goede populatie dat ik ze iedere 8 planten heb opgehangen en dat pakte heel goed uit.” Als de eerste wittevlieg op de vangplaten gevonden worden, gaat hij kaartjes met sluipwespen ophangen. “Als er Bemisia zit wordt het Erethmocerus. Is het alleen kaswittevlieg dan is Encarsia de beste oplossing.”

Auteur: Gerard Boonekamp