NVWA: vraagtekens spoor ToBRFV naar Nederland

De NVWA zet vraagtekens bij Mexicaans zaadonderzoek waarin ToBRFV naar Nederlands zaad is te herleiden.

De Mexicaanse onderzoekers onderzochten zaadpartijen uit 15 landen met een zeer gevoelige moleculaire toets. De NVWA denkt dat de uitkomsten vals positief kunnen zijn door kruisbesmetting in het laboratorium. Dat is met de oude moleculaire toetsen een reeël risico.

De NVWA wijst op de lage transmissiekans van zaad naar planten en vruchten. “Het virus kan namelijk ook geïntroduceerd zijn via vruchten van tomaat en paprika, maar ook planten. Het is aannemelijk dat er naast tomaat en paprika nog meer natuurlijke waardplanten zullen zijn waaronder mogelijk ook bloemisterijgewassen.”

Infectiegevaar

Mexicaanse onderzoekers hebben in 165 monsters uit geïmporteerd groentezaad 60 ToBRFV-besmettingen aangetoond, de meeste uit Nederland. Het onderzoek is niet bevestigd. In Italiaans onderzoek is in 10% van de onderzochte zaadbatches ToBRFV aangetroffen. Niet duidelijk is bijvoorbeeld of de besmetting zodanig is dat het infectiegevaar oplevert.

Meldplicht NVWA

De NVWA laat weten geen rol te spelen in de ToBRFV-aanpak in Nederland. Zolang het virus geen Europese quarantainestatus heeft, is er geen overheidstaak in de bestrijding. Ook is er officieel nog geen besmetting in Nederland. De NVWA heeft geen melding van een besmetting gehad. Ook Glastuinbouw Nederland en Groenten Fruit Huis hebben in het crisisverband TuinbouwAlert geen meldingen binnen gekregen van Nederlandse besmettingen, blijkt uit navraag. Telers kunnen dit anoniem doen.

NVWA zal bij aantreffen van dit virus in Nederland dit wel melden bij de EU. Het virus staat op de alert-lijst van de Europese plantgezondheidsorganisatie EPPO. Dat staat in het aangescherpte Hygiëneprotocol tomaat versie 1.0 staat dat Glastuinbouw Nederland en GroentenFruit Huis donderdag 21 maart uitbracht.

Geen quarantainestatus

De NVWA zegt zich bewust te zijn van de Europese discussie over een quarantainestatus voor ToBRFV. Nederland blijft tegenstander van zo’n status, waardoor preventie en bestrijding een zaak blijft van het bedrijfsleven.