Nederland wil verder gaan in aanpak GMO-groente

In discussies over nieuw EU-landbouwbeleid wil Nederland GMO-steun veel breder inzetten.

Nederland wil dat brancheorganisaties in groente en fruit ook steun kunnen ontvangen in de toekomst voor meer activiteiten zoals risicobeheer en duurzaamheidsinitiatieven. GMO-steun is in de toekomst niet meer alleen voorbehouden aan producentenorganisaties, zoveel was al duidelijk. Ook moet het systeem voor groente en fruit ook voor andere sectoren opengesteld worden. Geld voor groente en fruit wordt dan gelabeld. Dit zijn grote wijzigingsplannen voor na 2020. Eerst komt minister Schouten binnenkort met aangepaste plannen voor GMO-groente en -fruit voor het jaar 2020. Dat is nog gericht op producentenorganisaties.

Meer geld naar brancheorganisatie

Nederland wil nu verder gaan in die hervormingen na 2020 dan de Europese Commissie wil. De Europese Commissie wil de mogelijkheid om voor bepaalde interventies ook GMO-steun te verlenen aan brancheorganisaties. Dat zou gelden voor kennisuitwisseling, promotie-activiteiten en campagnes voor gezonde voedingspatronen, certificering en monitoring en activiteiten ten behoeve van klimaatmitigatie en klimaatadaptatie. Nederland noemt dat een vooruitgang, maar wil dus verder gaan zoals op de onderwerpen risicobeheer en duurzaamheidsinitiatieven. Dat schrijft minister Carola Schouten in een voorbespreking op een Europese bijeenkomst van landbouwministers vanaf 15 juli.

Strenge regels

Schouten vindt dat de erkenningseisen voor producentenorganisaties niet te streng moeten zijn, omdat dit samenwerking zou ontmoedigen. Nederland wil daarom de eisen voor de groente- en fruitsector versoepelen en daarmee de erkenningscriteria gelijk trekken met die van andere landbouwsectoren. De regels voor producentenorganisaties in groente en fruit zijn op dit moment strenger, omdat deze organisaties in aanmerking komen voor Europese subsidieregelingen.