De Nederlandse Voedsel en Warenautoritieit (NVWA) heeft de vondst van Thrips parvispinus (pepertrips) gemeld. De trips is gevonden op een potplantenkwekerij, maar is een risico voor veel teelten.
De vondst wordt niet gevolgd door maatregelen van de NVWA, omdat in andere EU-landen de trips mogelijk al rond gaat zonder dat maatregelen zijn genomen. De trips kan ook forse schade aanbrengen in glasgroentebedrijven. De NVWA heeft Nederlandse telers op de hoogte gebracht van de vondst en aanbevolen zelf bestrijdingsmaatregelen te nemen als deze de trips in de vanglinten aantreffen.
Trips aangetroffen op drie plantenbedrijven
Uit de quickscan van de NVWA blijkt dat op drie plantenbedrijven in Nederland de trips is gevonden. Al sinds 1996 onderschept NVWA partijen bloemen met deze trips (onder de naam Thrips Taiwanus) bij binnenkomst.
Thrips parvispinus is wijdverbreid in veel Aziatische regio’s. In Indonesië zorgt deze tripssoort voor grotere economische schade in de groenteteelt dan de voorheen gevreesde Thrips Palmi. In 2017 maakte NVWA voor Thrips Palmi een risico-analyse. De voedselwaakhond verwachte dat deze geen grote schade in Nederland zou veroorzaken. De trips overleeft moeilijk buiten de kas en is minder op bloemknoppen belust dan de Californische trips. Over het effect van het overbrengen van virussen schrijft NVWA niets in de quickscan. Evenmin meldt NVWA wat de schadelijkheid is in verhouding met andere tripsen.