‘Aubergineplant nog keer aan stok vastclippen’

In week 49 heeft auberginekwekerij De Jong in Dinteloord aubergines geplant in de nieuwste kas.

In de oudste kas gebeurt dat planten eind week 50. Tom de Jong: “We hebben donker weer gehad in de opkweek. Daardoor liep de groei een paar dagen achter. We hebben de planten daarom goed uitgesorteerd, en de kleinste planten een paar dagen later bij elkaar geplant.” Die extra inspanning zorgt dat het nu toch voldoende uniform staat.

Plant vastzetten

Evenals vorig jaar komt opnieuw het ras Tracey te staan, in een driestengelsysteem op 1,45 planten per vierkante meter. Met het touwtjes hangen worden nu voorbereidingen getroffen om de planten straks vast te kunnen zetten. “Je bent makkelijk te vroeg met dat vastzetten, waardoor de planten te los in het touwtje komen te hangen.” De stengels gaan dan later te veel doorhangen, waardoor elektrokarren er tegenaan kunnen rijden bij een volgroeid gewas, wat tegen het einde van het jaar te veel plantuitval veroorzaakt.

Tussen kerst en oud en nieuw zetten we de plant nog een keer bovenaan de stok vast met een clipje

Te laat beginnen met vastzetten is echter ook nadelig bij planten die dan al te lang zijn geworden.“Daarom gaan we het nu anders doen. Er is nog 15 centimeter stoklengte over boven het elastiekje waarmee de planten aan de stok vaststaan. Tussen kerst en oud en nieuw gaan we de plant nog een keer bovenaan de stok vastzetten met een clipje. In het nieuwe jaar gaan we ze dan aan het touw vastzetten.”

Twee schermdoeken

Er wordt 21 graden vlak gestookt. Boven het gewas liggen twee schermdoeken. Het ene gaat halverwege week 50 rond 10.00 uur open. “Met een iets zonniger dag is het tweede scherm ook net voor het eerst open gegaan. Want met twee doeken tegelijk dicht hou je toch wel wat licht tegen.”

Aubergineplanten uitdraineren

De Jong geeft 1 tot 2 beurten van 50 cc om de inworteling te stimuleren. Hij geeft 4 EC voeding mee op de matten, die met 3,5 EC zijn volgedruppeld. Bij de matten is een klein gaatje op de kopse kant geprikt, op de helft van de mathoogte, om de aubergineplanten eerst rustig te laten uitdraineren. “Nu zijn we net begonnen om de hele kopse kant open te snijden. Dat doen we nu voor het eerst, het bevalt wel goed. Het is makkelijker uit te leggen aan medewerkers en te controleren dan zoals we het tot en met vorig jaar deden: een klein hoekje of een sneetje onderin maken.”

Biologisch starten

Bij de laatste planting staat De Jong nog in dubio of hij biologisch zal starten, zoals gebruikelijk, of dat hij toch eerst een paar rondjes zal spuiten om schoon te beginnen. “Vorig jaar hebben we flink wat wittevlieg gehad, en rupsen in het voorjaar. Dat is toen aardig uit de hand gelopen. Aan de andere kant hadden we vorige jaren nog een belichtingsproef, waardoor de kas nooit helemaal leeg is geweest. Die proef is nu gestopt, waardoor we nu tijdens de teeltwisseling wel helemaal leeg zijn geweest en alles met formaline hebben kunnen ontsmetten. Bovendien hebben we net nog gefogd met peroxide. Daarom starten we nu sowieso schoner dan vorig jaar.”

Vanglinten rond wittevlieghaarden

Bij de vroegste planting zet De Jong begin januari montdorensis uit, afhankelijk van de wittevliegdruk aangevuld met kaartjes Eretmocerus en Encarsia. “Als we meer licht krijgen, gebruiken we ook Macrolophus.” Rond wittevlieghaarden worden direct vanglinten opgehangen. “Daar vang je wel veel mee weg. Alleen hebben wij niet, zoals tomatentelers, een gewas dat je laat zakken. Daarom moeten de draaiers er wel op letten dat ze die linten steeds mee omhoog nemen. Anders blijven ze aan het gewas hangen en vouwen ze dubbel als je ze omhoog haalt.”

Auteur: Peter Visser