Foto: DCM
Te vaak blijven risico’s op plantenziektes internationaal onbenoemd of worden waarschuwingen niet opgevolgd door landen.
Dat blijkt uit een inventarisatie van het internationale risico-onderzoek door European and Mediterranean Plant Protection Organization (EPPO). Dat bureau werkt dit jaar aan een risco-inventarisatie voor ToBRFV.
Behoefte aan meer risico-onderzoek
EPPO heeft budget voor vijf onderzoeken naar teeltrisico’s voor plantenziektes per jaar. In Europa en vlak daarbuiten zijn veel meer hoogrisico plantenziektes of plagen, stelt EPPO in het onderzoek. Er is dan ook behoefte aan meer risico-onderzoek voor plantenziektes. EPPO onderzoekt opkomende dreigingen, terwijl de Europese voedselautoriteit Efsa totnutoe vooral risico’s onderzoekt van veel meer bestaande dreigingen.
Er bestaan al verscheidene nationale risico-analyses bij nieuwe dreigingen, maar volgens de onderzoekers bevatten deze niet gebundelde kennis zoals in de internationale aanpak met onderzoekers uit verschillende landen.
Te trage reactie
Daarnaast duurt het volgens de onderzoekers in veel gevallen te lang voordat aanbevelingen uit een risico-analyse zijn overgenomen door individuele landen. Volgens EPPO duurt dat te vaak circa 2 tot 7 jaar. Niet alle landen zijn even hard getroffen door een plantenziekte en voelen dezelfde noodzaak.
Opmerkelijk is dat EPPO dit jaar een risico-inventarisatie doet voor ToBRFV terwijl de eerste uitbraken in Israël en Jordanië al van enkele jaren terug dateert. De risico-inventarisatie door EPPO is vooral kwalitatief. Dat betekent dat geen grote hoeveelheden dat zijn meegenomen. Als de EPPO-onderzoekers de risico-analyses meer op data moeten opstellen, zal dat tot minder risico-analyses per jaar leiden, aldus de onderzoekers.
Beheer
WP Admin
Bewerk bericht