De Autonomous Greenhouse Challenge in Bleiswijk is van start. 5 teams en een referentieteam hebben vorige week hun kassen in gereedheid gebracht.
Het zesde team is misschien toch wel de gedoodverfde winnaar. De referentiekas is die van WUR-onderzoekers Kees Scheffers en Jan Jansen, versterkt met telers John van Marrewijk van Kwekerij de Wieringermeer en Corné van Boxel uit Delfgauw. Zij mogen in hun compartimentje van 100 vierkante meter komkommers kweken zoals dat anno 2018 op een modern Nederlands komkommerbedrijf gaat: hogedraadteelt, 2,5 plant per meter, een niet-getopte, enkele plant. Ze mogen gewoon zelf in de kas komen kijken en voelen en op elk moment elke maatregel nemen.
Algortimes staan er alleen voor
Tegen die rijkdom aan ervaring en groen fingerspitzengefühl moeten de 5 teams, die strijden in de Autonomous Greenhouse Challenge van Wageningen University & Research, gaan opboksen met alle technologische hulpmiddelen, die ze maar uit de kast hebben kunnen en willen trekken. Vorige week mochten ze net zo veel hardware de kas in slepen als ze maar wilden. Vanaf nu staan de algoritmes van deze 5 teams er alleen voor.
Croperators model evalueert elke 5 minuten
De veelheid aan sensoren die in het proefkasje van The Croperators (Delphy en AgroEnergy) wordt opgehangen, leveren een even overvloedige veelheid aan data op, die elke 5 minuten in het rekenmodel van het team binnenkomen. Dat rekenmodel evalueert de data en vergelijkt deze met de opgegeven strategie. Door continu te kijken naar de actuele weersvoorspelling, behaalde lichtsom en plantgroei kan het rekenmodel dan bepalen welke actie nodig is. “Met 2 leveranciers zijn we een samenwerking aangegaan voor levering van de sensoren en met B-Mex voor een kasklimaatmodel”, zegt mede-teamcaptain Rudolf de Vetten van AgroEnergy. “De sensoren en het B-Mex model zijn gekoppeld, zodat binnen enkele seconden het rekenmodel van The Croperators de instellingen in de klimaatcomputer bijstelt. Dit proces loopt 24 uur per dag.”
Om de voortgang goed te bewaken, heeft het team The Croperators Cockpit ingericht. Een ruimte met live verbinding met de kas waar continu te zien is wat de status van de teelt en het klimaat is. In deze Croperators Cockpit geeft het team ook geregeld demonstraties van de aanpak en de resultaten tot nu toe.
Sonoma: niet vast aan wat gangbaar is
In de kas van Team Sonoma trotseren Thomas Follender van Microsoft Nederland en de Israëlische plantkundestudent David Katzin de hitte van misschien wel de laatste zonnige zomerdag van augustus. Elk team mocht zelf de plant- en stengeldichtheid kiezen. Hier staan de plantjes dichter op elkaar dan in de naburige referentiekas. Ze zijn dan ook nog ietsje kleiner. “Maar met het warme weer en het licht denken we dat meer stengels wel moet kunnen.”
Het team wordt aangevuld met mensen van de onderzoeksafdeling van Microsoft US en met een onderzoeker van de Universiteit van Kopenhagen. “We hebben geen overdaad aan praktische teeltkennis. Maar daarmee zitten we ook minder vast aan die ervaring en aan wat gangbaar is”, stelt Follender.
Teamgenoot Katzin vult aan: “Ik denk dat de Nederlandse glastuinbouw wat kan leren van hoe boeren in de open lucht zich ontwikkelen met precisielandbouw. Die lagen misschien achter op de glastuinders, maar ze zijn inmiddels meer datagedreven.”
Deep Greens ontwikkelde eigen sensoren
Het team Deep Greens kwam met eigen sensoren. Een krachtenbundeling van microchip-grootmacht Intel en de Mexicaanse universiteit UNAM, met teamleden uit Ecuador, Argentinië, India, de VS en Mexico. Alexey Bastidas van Intel heeft hoge verwachtingen van de eigen sensoren om alle data te verzamelen en natuurlijk het eigen Deep Reinforcement Learning Model. “De kunst is om een beloning te vinden voor ons algoritme. Een hond die je iets wilt leren, geef je de koekjes die hij lekker vindt. Maar hoe beloon je een algoritme?”
AICU meet klein en draadloos
Ook Team AICU (Artificial Intelligence Cucumber) heeft een geheel eigen sensor. Klein en draadloos. Het dingetje ziet er bijna aandoenlijk uit, zoals ook het enthousiasme van deze club van in Nederland studerende of net afgestudeerde Chinese jongeren innemend is. “Toen we van deze wedstrijd hoorden, wilden we allemaal meedoen. Niet met een bedrijf of een universiteit achter ons, maar gewoon als onszelf.”
De 6 jonge Chinezen hebben voor de helft een plantkundige studie op hun cv staan en voor de andere helft een technische. De meesten hebben een Wageningse achtergrond, eentje studeerde electrical engineering aan de TU Twente. “We hebben veel vertrouwen in onze eigen benadering. En sowieso hopen we met het resultaat van onze kas te kunnen bewijzen dat je met een kleine sensor en een flexibel groeimodel je overal op de wereld een teelt tot een goed einde kunt brengen.”
iGrow heeft net pauze
Bij het vijfde team iGrow is de deur op het moment dat wij er zijn dicht en de kas leeg, op natuurlijk de plantjes na. Kennelijk geen haast hier. Ze hebben nog tot vrijdag de 24ste om hun kas en hun systeem in gereedheid te brengen. Daarna komen alleen de neutrale medewerkers van Wageningen UR de kas nog in om in opdracht van de kunstmatige-teeltintelligentie-machines de gewashandelingen te verrichten. De echt gehéél gerobotiseerde komkommerkas, dát is weer een project voor een wat verdere toekomst.