Grondeigenaren worden platgelopen vanwege de vraag naar grond voor zonneparken. Als er al sprake is van een prijsopdrijvend effect, is dat vooral lokaal.
Aanleg van zonnepanelen op landbouwgrond en braakliggende percelen staat in de belangstelling. Nederland moet meer duurzame energie opwekken waarbij de landbouw na biomassa en wind nu met zon een rol kan spelen. Een belangrijke motor daarachter is de SDE+-subsidie. Naar schatting liggen al enkele duizenden hectares panelen in zogenoemde zonneparken. De Nederlandse Vereniging voor Duurzame Energie (NVDE) streeft naar een oppervlakte van 10.000 hectare binnen 5 jaar.
Vergoeding per hectare tussen de € 3.000 en € 5.000 per jaar
Kansen voor de landbouw
Voor de landbouw biedt het kansen; grond voor zonneparken kan zowel worden verkocht als verhuurd aan investeerders. Bedragen die rondzingen over de vergoeding liggen tussen de € 3.000 en € 5.000 per hectare per jaar. De hoogte is afhankelijk van onder andere oppervlakte, aansluitkosten en looptijd van het contract.
Draagvlak omgeving
In theorie zijn nagenoeg alle gronden in Nederland geschikt voor plaatsing van zonneparken. De werkelijkheid is weerbarstiger. Tussen provincies en gemeentes zit verschil in beleid en medewerking. Veel overheden zijn nog bezig met het opstellen van een visie waaraan locaties moeten voldoen. Dat levert concrete gebieden op. In andere gemeenten kan niets of alleen bij bedrijventerreinen of gronden tegen de stad.
Artikel gaat verder onder de foto.
Aansluitkosten
Verder is de afstand tot elektrische infrastructuur bepalend. Het gaat dan vooral om zogenoemde onderstations. Hoe dichterbij, hoe lager de aansluitkosten voor infrastructuur en transport. Vanzelfsprekend moet de aansluiting passen bij het beleid en mogelijkheden van de netwerkbeheerder.
Draagvlak omgeving
Een ongrijpbare factor is het draagvlak in de omgeving. Zonneparken roepen in het algemeen minder weerstand op dan windmolens, maar helemaal vrij van kritiek zijn ze niet. Dat merkt ook Hakkan Yildirim, directeur van projectontwikkelaar Tomorrow Energy. Het bedrijf heeft 1.000 hectare aan projecten in ontwikkeling en verwacht maximaal 2.000 hectare nodig te hebben. “Maar met een goede landschappelijke inrichting is wel verschil te maken.” Hij geeft aan dat een oppervlakte 10 tot 30 hectare het meest interessant is. Bij kleine percelen zijn de kosten per eenheid groot; grotere oppervlaktes zijn complex, moeten vaak aan hogere eisen voldoen en leveren meer weerstand op.
‘We kijken naar moeilijk bewerkbare grond’
Een andere partij die zich op de grondmarkt beweegt is GroenLeven. “De juiste landschappelijke en maatschappelijk inpassing van zonneparken in samenwerking met de omgeving is essentieel. Wij proberen bij agrarische grond zoveel mogelijk dubbelgebruik toe te passen”, aldus woordvoerder Maarten de Groot. “Daarnaast kijken we naar grond met een toekomstige andere bestemming, overhoeken en moeilijk bewerkbare grond.”
Artikel gaat verder onder de tweet
Het plan voor een zestig hectare groot zonnepark op landbouwgrond tussen Alteveer en Hollandscheveld valt niet goed bij omwonende boeren https://t.co/FApYQftOgQ pic.twitter.com/Ty64H03CeC
— RTV Drenthe (@RTVDrenthe) 9 november 2017
Zoekgebieden aanwijzen
Op macroniveau is de impact van zonneparken op de dynamiek en prijsvorming beperkt, geven makelaars en ontwikkelaars aan. Als de komende jaren 10.000 hectare grond wordt gebruikt voor zonneparken is dat te weinig om de landelijke grondmarkt te beïnvloeden. Ter vergelijking: een veelvoud van deze hectares is de komende jaren nodig voor stadsuitbreiding, infrastructuur, natuurontwikkeling en waterberging. De afgelopen jaren verloor de Nederlandse landbouw jaarlijks 7.500 hectare, op een totaal van 1,8 miljoen hectare.
‘Zonneparken op de grond van stoppers zal minder effect hebben’
Lokaal effect op grondprijs
Regionaal kan dat anders zijn. “Vooral in zoekgebieden die gemeenten aanwijzen kan het druk worden”, aldus Ard Klijsen, voorzitter van de vakgroep agrarisch en landelijk vastgoed van de NVM. Hij verwacht vooral een effect op de lokale grondmarkt als een agrarisch ondernemer op zoek moet naar andere grond. “Zonneparken op de grond van stoppers zal minder effect hebben”, is zijn verwachting. Daar zit volgens hem ook de onzekerheid; alles wijst erop dat er de komende tijd veel stoppers op de markt komen, maar hoeveel en wat dat voor de totale grondmarkt gaat betekenen is nog koffiedik kijken. Op nog meer microniveau is de impact niet groot, schat De Groot. “Omdat de aansluiting en infrastructuur specifiek is afgestemd op dat zonnepark.”
Niet alles zal slagen
Ook Hans Peters, voorzitter van de sectie agrarisch vastgoed van VBO, is terughoudend om de zonneparken een te belangrijke factor te laten worden in de grondmarkt. Ook omdat het echte werk nog moet beginnen. “Er zijn wel wat projecten, maar over een paar jaar zullen we pas goed zien wat er gebeurt.” Hij waarschuwt daarbij dat ondanks de grote interesse lang niet alle projecten zullen slagen (zie kader hieronder).
Minder SDE-subsidie
Yildirim van Tomorrow Energy verwacht dat de interesse in agrarische grond maar tijdelijk is. “Het gaat erg hard nu en we verwachten dat over 2 jaar de doelstellingen zijn behaald.” Dat betekent dat de SDE-subsidie minder wordt en de interesse in zonneparken afneemt. Daarom beperkt het bedrijf de eigen ambitie tot 2.000 hectare. “Tenzij installaties zo goedkoop worden dat ze zonder subsidie kunnen. Prijzen zijn sinds 2010 gedaald van € 1,10 per Wattpiek (WP) naar € 0,32 per WP nu. Veel goedkoper kan het bijna niet worden.”
Meerdere mogelijkheden in panelen en opstellingEr zijn globaal 3 typen zonnepanelen:
Monokristal geeft het hoogste rendement maar kost het meest. Het goedkoopste is de dunne film, maar die heeft ook het laagste rendement. De levensduur is voor de meeste panelen ongeveer 25 jaar. Dunne filmpanelen gaan naar verwachting een paar jaar korter mee. Rendement van polykristal is iets lager dan die van monokristalijne zonnepanelen. De plaatsing is ook verschillend. Bij de zogenoemde zuid-opstelling staan de panelen in rijen naast elkaar, waar eventueel iets onder kan groeien of lopen. Voor de landbouw valt te denken aan kippen of varkens. Hiervan is 1,2 hectare nodig om 1 megaWatt op te wekken. Een variant is het oost-west-dak; een soort dakconstructie met panelen aan 2 kanten. Deze bedekken het hele veld waardoor geen dubbelgebruik mogelijk is. Er is 0,8 hectare nodig per megaWatt. |
Maak goede afspraken over aanleg zonnepark
|
Lees meer over het thema energie via GFactueel.nl/energie/