Een raslobbyist is hij, een netwerker. LTO-voorzitter Marc Calon heeft er bijna 2 jaar op zitten. Een terugblik en ook: zijn reactie op de visie van de minister.
Je ziet Marc Calon eigenlijk weinig in de publiciteit. Dat past bij de nieuwe strategie van de grootste boerenorganisatie. De sectorvoorzitters treden meer zelf naar voren. De voorzitter is er voor de grote lijn en vooral: voor de lobby. Netwerker Calon is voortdurend in gesprek met sleutelfiguren in de sector. Achter de schermen verdient hij naar eigen zeggen dagelijks voor elke boer en tuinder duizenden euro’s, in een strijd die nooit ophoudt. “Je moet er altijd bovenop blijven zitten.”
Regeerakkoord
Calon is van het type mannetjesputter. Iemand die alle registers opentrekt om zijn doel te halen. Slijmen, bullebakken en alles wat daar tussenin zit beheerst hij. Hij schuwt de confrontatie niet en spreekt ongezouten taal, daarbij voortdurend schakelend van ‘on the record’ naar ‘off the record’. Van valse bescheidenheid heeft hij geen last. “Ja, ik ben scherp”, zegt hij meerdere keren over zichzelf tijdens dit interview. Als belangrijke verdienste noemt hij dat de landbouw er goed op staat bij het huidige kabinet. Dat was te lezen in het regeerakkoord, in de troonrede en in de visie op de landbouw die minister Carola Schouten onlangs presenteerde. Het is de beloning voor de lobby die Calon voerde samen met Ruud Huirne (Rabobank) en Roelof Joosten (FrieslandCampina).
Lees verder onder de foto.
Formatie
Calon: “Wij hebben de formatie gewonnen. Bij mijn weten is geen enkel regeerakkoord sinds de oorlog zo uitgebreid en zo positief geweest over de landbouw. We hebben daar een strakke lobby op gevoerd. Halverwege de formatie zaten we bij Rutte aan tafel en bij Buma. 90% van wat we vroegen staat in het akkoord.” Hij noemt met name de erkenning van het belang van export, doel- in plaats van middelvoorschriften, omarming van nieuwe technieken zoals CrisprCas en technische maatregelen in de veehouderij in plaats van gedwongen krimp. Hij roemt vooral CDA‘er Jaco Geurts: “Die jongen heeft veel bereikt voor ons. Hij heeft gewerkt als een Belgisch trekpaard.”
Ik heb niks met mensen als mijn partijgenoot, ex-staatssecretaris Van Dam
Nu ligt er de visie van minister Schouten. LTO heeft daar positief op gereageerd. Maar er is kritiek, zo is het allemaal nog wat vaag. Bent u echt zo positief of is dat beleefdheid?
“De visie is in lijn met het regeerakkoord en heel positief over de landbouw. Ze erkent de positie van de boer. Dat is niet zo maar blabla, dit werkt echt door. Het past ook bij de visie van AgriNL, een nieuw samenwerkingsverband waarmee we binnenkort naar buiten komen (zie kader onderaan het artikel).
Maar natuurlijk is het ook een compromis. Sommige partijen willen af van de EU (Wilders), andere van export (links). Voor de Nederlandse landbouw is dat een ingewikkeld verhaal. Wij zijn altijd al een soort stadstaat, een melting pot van culturen. We liggen aan zee, met een gigantisch achterland en vruchtbare grond. Ik heb niks met mensen als mijn partijgenoot, ex-staatssecretaris Van Dam die de productie ergens anders willen doen en alleen nog technologie willen verkopen. Dat is kletskoek. Schouten erkent dat. Ze is voor kringlopen… indien mogelijk. Ze laat een opening voor import van eiwitrijke grondstoffen. Trouwens, onze eigen melkveehouderijvisie gaat al verder dan de visie van Schouten.”
Alleen maar lof dus?
“Er is wel kritiek mogelijk. De visie is erg nationaal gericht, terwijl het hele agrofoodcomplex internationaal is. Kijk naar de varkens. Die sector draait deels op importvoer en deels op restproducten uit de voedselindustrie. Wij eten de varkenshaasjes op en de poten en oren gaan naar China. Dan kun je wel zeggen geef die varkens een schop onder de kont, maar kijk naar het hele complex. Het is een internationale keten.
Tweede punt: het Europees landbouwbeleid komt er niet in voor. Ten onrechte. Verder zijn we teleurgesteld over de groene gewasbeschermingsmiddelen. Onze sectie plant wil in 2030 vrij zijn van emissies en residuen. Daarvoor heb je wel nieuwe veredelingstechnieken en middelen nodig. De discussie is dus niet het doel, maar de middelen en het ‘hoe’.
Tot slot: de visie gaat alleen over food, maar de helft van de productie is non-food. De hele scope van de landbouw is dus niet goed genoeg in beeld bij de minister. Er is onvoldoende gevoel voor dat hele kaartenhuis, de samenhang van alle componenten in de agrosector.”
De fosfaatrechten kunnen er weer af als er evenwicht is bereikt. Dan wordt het tijd voor een Minas 2.0.
Wat niet in de visie staat: krimp van de veestapel. Is daar om gestreden?
“Ja natuurlijk. Links Nederland heeft een mantra: er moet minder vee komen. Dat komt overal terug. Bij de kabinetsformatie hebben ze die slag verloren. En ook bij de landbouwvisie hebben wij dat gewonnen, net als bij de klimaattafel en de omgevingsvisie. Maar het gevecht moet steeds opnieuw gevoerd worden. Lobbyen is een kwestie van lange adem.
Onze leden hebben al genoeg voor de kiezen gehad. Trouwens, de rundveehouderij is aan het krimpen – als gevolg van markteffecten en beleid, niet als doel op zich. Als LTO vinden we wel dat de fosfaatrechten er weer af kunnen als er evenwicht bereikt is. Dan wordt het tijd voor een Minas 2.0. Een sluitend systeem op basis van registratie van aanvoer en afvoer en van belasting op mineralenverliezen.”
Lees verder onder de foto.
Is krimp alleen onbespreekbaar voor de rundveehouderij? Niet voor de varkenshouderij?
“Bij varkens ligt het iets anders. In delen van Brabant zijn er te veel. Het is niet erg dat daar wat minder varkens komen, om overlast te beperken en draagvlak te houden. Wel zou het erg zijn als het onder een kritisch niveau komt. Je hebt massa nodig. Wat die ondergrens is, weet ik niet. Maar die is nu niet in het geding.”
We leven in een wereld van framing, in een oorlog met data en beelden
Eind vorig jaar, begin dit jaar speelden 2 affaires: de mestfraude en de I&R-kwestie. Hoe kijkt u daarop terug?
“Kijk even naar het hele plaatje. Wij hadden in die formatie de slag gewonnen. Geen volumemaatregelen voor de veehouderij. Denk je dat onze tegenstanders dan achteroverleunen? Welnee, die gaan verder met oorlog voeren. Eerst had je toen dat verhaal over ‘bermfraude’. En daarna brachten ze die ouwe prak van die mestfraude naar NRC. Je bent toch niet achterlijk, zulke dingen gebeuren niet toevallig. We leven in een wereld van framing, in een oorlog met data en beelden.
Intussen moest Schouten vechten voor de derogatie in Brussel. Ze had ook nog die pulsvisserij die mislukte. En dan wordt ze voor de derde keer geconfronteerd met fraude, nu in verband met I&R. Dus zij dacht: hier moet ik bovenop zitten.”
Chemie met Schouten
Het wordt duidelijk dat Calon gemengde gevoelens heeft over de I&R-kwestie en ook over de rol van het ministerie daarin. Zijn eigen scherpe woorden van toen betreurt hij niet. “Ik baseerde me op de informatie van LNV die toen beschikbaar was.” Maar achteraf is hij ongelukkig met de gang van zaken. Samen met de boerenvakbonden eiste LTO na 2 weken excuus van de minister voor de collectieve verdachtmaking van een grote groep veehouders.
Schouten is integer en betrouwbaar als de bank van Engeland
Zo komen we op de relatie met de minister. Hoe goed is die? Bij een debatavond van Trouw in Zwolle, onlangs, was de sfeer merkbaar gespannen tussen de 2. Calon benadrukt dat hij persoonlijk juist goed met de minister kan. “De chemie is goed. Ik heb geen spoor van twijfel over de mens Carola Schouten. Over het ministerie heb ik een iets ander idee, maar de minister die deugt. Ze is integer en betrouwbaar als de bank van Engeland.”
Hij herhaalt dit tijdens het gesprek nog een paar keer tot hij zelf zegt: “Nu moet ik ophouden, straks gaan mensen er nog wat van denken dat ik té positief over haar ben.” Wat niet wegneemt dat hij er soms hard ingaat, zoals afgelopen zomer toen hij zei dat het ministerie ‘geen flikker uit leek te voeren’ in verband met de droogte. “Dat was niet slim, ik zou het niet weer doen, maar het spijt me niet. Ik vond dat op dat moment. Af en toe moet je het mes keihard in de tafel zetten. Dat hoort erbij, we zijn tenslotte niet in de kinderspeeltuin.”
Lees verder onder de foto.
Knoeiers moeten aangepakt, heeft u van het begin af aan gezegd. Lukt dat?
“Dat woord gebruik ik niet. Ik heb het over mensen die willens en wetens de regels overtreden. Die moeten eruit, ja. Dat moet omdat we in een kopersmarkt zitten. Vertrouwen is alles. Bij ZLTO zijn 7 leden geroyeerd, bij LTO Noord zullen het enkele zijn. Maar wij zijn geen rechter. Er is een strafrechtelijke veroordeling nodig voor iemand geroyeerd wordt.
Als het gaat om mest, is er trouwens iets raars aan de hand. De fosfaat hebben we in balans. Stikstof is op maar 3% van de landbouwgrond een probleem. Maar het hele beleid is daar op afgestemd. Het gros van de boeren heeft last van regels die gemaakt zijn om een kleine groep aan te pakken. Dat werkt niet. In dit land maken we voor elke scheet een regel en stellen we een bak ambtenaren aan om die te bewaken. Je kunt beter met scherp schieten op de probleemgevallen dan met hagel op de hele groep.”
In Zwolle ging het ook over het ledental van LTO. Nu gaat Wageningen uitzoeken hoe dat zit. Kunnen jullie dat zelf niet?
“Ja, dat laten we uitzoeken. Die mensen op prikkebord twijfelen of we wel representatief zijn. Ik ken niet alle leden zelf, ze zijn lid via LTO Noord, ZLTO, LLTB. Ik denk dat wij met onze 30.000 leden 60-70% van de productie vertegenwoordigen. Er zijn niet veel brancheorganisaties die zo hoog scoren. En ja, we laten het door Wageningen uitzoeken. Als we zelf met een verhaal komen, krijg je weer de kritiek dat het niet betrouwbaar is.”
Uiteindelijk winnen we de lobby rondom trekkerkenteken
U zei onlangs dat de kwestie trekkerkenteken snel opgelost zal zijn. LTO was altijd de grootste tegenstander.
“Wij zijn tegen kentekens en apk-plicht voor alle trekkers. Nederland telt 270.000 trekkers waarvan maar 20.000 veel op de weg komen en harder rijden dan 40. Waarom voor al die trekkers kosten maken? We zijn toch niet gek? Maar ook hier scoren we, net als bij veel andere onderwerpen: het komt zoals wij willen. Binnenkort wordt dat bekendgemaakt. Uiteindelijk winnen we die lobby.”
Vergeet niet dat we elke keer moeten knokken voor behoud landbouwvrijstelling
Welk onderwerp ziet u nu als het belangrijkste?
”Zo kijk ik er niet naar. Er zijn grotere en kleinere dossiers. Soms ligt er eentje in een hoekje dat ineens vervelend doet. Je bent nooit klaar. De grote trends zijn: voldoende produceren voor de wereld. Technologie. Geen overlast en vervuiling veroorzaken. Ons imago moet goed zijn.
Fosfaatrechten krijgen veel aandacht, maar dat is niet het belangrijkste dossier. Derogatie is uiteindelijk een minor point in de geschiedenis – ook al is ze goed voor € 300 miljoen per jaar voor de veehouderij. Reken dat eens om: dat is € 10.000 tot € 20.000 per jaar per veehouder. Nou, zoveel contributie betalen onze leden niet.
Maar als er protectionisme zou komen, via Le Pen in Frankrijk, of de AfD in Duitsland, dan zijn we pas echt de sjaak, want 60 à 70% van onze productie gaat over de grens. En de brexit kan een slagveld worden voor de sierteelt. Als stadstaat kunnen wij helemaal niks met dichte grenzen.
In de SER gaat het over financieringsregels, arbeid, pensioenen. Dat zijn voor ondernemers belangrijke kostenposten. En vergeet niet dat we elke keer weer moeten knokken voor behoud van de landbouwvrijstelling ter waarde van een half miljard.
Ons probleem als LTO is niet dat we niks bereiken, maar dat we het te weinig uitdragen. Daar gaan we iets aan doen.”
AgriNL: nieuw netwerk van LTO en grote bedrijven
Er is een nieuw netwerk op komst van de grootste bedrijven in de agrifoodsector en LTO Nederland, vertelt Marc Calon. Het netwerk met als naam AgriNL ijvert voor een landbouw die ‘groen, gezond en gewaardeerd’ is. “Onze wijze van produceren moet zo zijn dat er geen negatieve effecten zijn op omgeving of op de gezondheid van mensen. De waardering volgt als de productie plaatsvindt in harmonie met de bevolking en met respect voor mens en dier”, aldus Calon. Er zijn 4 speerpunten: het opzetten van een kwaliteitsmerk AgriNL, het in goede banen leiden van smart farming en data, klimaatdoelen en verwaarding van mest.
Medeauteur: Johan Oppewal