‘Vastzetten aubergineplant mooi te spreiden door lange stok’

Het auberginebedrijf heeft vestigingen in Steenbergen, Terneuzen en Oosterland; in totaal 25 hectare. Luuk van Duijn (zoon van Pleun) heeft de leiding over de teelt in Steenbergen. “Alle teeltverantwoordelijken kiezen – in overleg – zelf de rassen, maar we telen dit jaar allemaal het ras Rosheen op onderstam Kaiser.”

Focus op meer groei

In Steenbergen is op 6 en 7 december geplant. De planten zijn op 23 en 24 oktober gezaaid. Er staan 4,5 stengels per vierkante meter, drie per plant. “De focus ligt dit jaar op meer groei: een compacte plant met veel bladmassa. Vorig jaar was het gewas te snel te generatief.” Het vaste AC-folie (perforaties op 20 bij 20 centimeter) helpt daarbij. “We konden al snel goed vocht opbouwen.” De verwachting is dat het folie er rond 1 februari uit zal gaan, afhankelijk van het weer en het vocht in de kas.

Scherm veel open

Door het zachte weer heeft het beweegbare energiedoek veel open gelegen. “Om het gewas te activeren hanteren we nu een minimumbuis van 35 graden, in het begin was dat 45 graden.” In het begin ging het energiedoek open boven een instraling van 150 watt en/of bij een buitentemperatuur boven 8 graden. Nu ligt het open, behalve bij het opstoken tussen 23.30 en 9.00 uur, of als de buitentemperatuur na 16.00 uur onder 4 graden ligt.

Maximaal 9% lucht

De teelt is gestart met een dagtemperatuur van 22 en nachttemperatuur van 21 graden. Na een week werd dat 21 en 20 graden. Nu houdt Van Duijn in de voornacht 17,5 graden aan en stookt op tot 20 graden bij zonsopkomst. Op licht mag daar nog 3 graden bij worden opgeteld. De luchtramen gaan maximaal 9% open, afhankelijk van het verschil tussen de ingestelde en gerealiseerde kastemperatuur. “Tussen een delta-T-traject van 0 tot 1,5 graden komt er iedere halve graad 3% lucht bij.”

Het gewas begint al flink te groeien. Vorige week, bij 20 tot 50% bloei, is de plant schoongediefd onder de hartbloem. – Foto: Peter Roek

Lange stok en extra clip

Vorige week zijn de laatste planten vastgezet. “De plantenkweker heeft er een extra lange stok bij gezet en een keer geclipt. We hebben ze zelf ook nog een keer geclipt. Zo kun je het werk voor het vastzetten goed spreiden.” Vorige week is ook de dief onder de hartbloem verwijderd. “Die begint al flink te groeien.”

Deze week zal voor het eerst de hoofdstengel worden ingedraaid. “Je ziet dat de planten nu wat meer water nodig hebben.” Tot nu toe werd soms maar eens in de week een druppelbeurt gegeven van 120 cc per plant en spaarzaam water gegeven met een ec van 3,5; dezelfde samenstelling als waarmee de matten zijn volgedruppeld.

Hartbloemen allemaal aanhouden

De tuin die een dag eerder is geplant, loopt nu twee of drie dagen voor in ontwikkeling. “De hartbloem bloeit in de helft van de planten, in de andere tuin is dat bij 20%”, zei hij begin vorige week. De bloem ziet er stevig uit. “We hopen dat ze voor 100% zetten. We willen ze allemaal aanhouden.” Op 2 januari zijn de eerste negen hommelkasten (op 8,5 hectare) geplaatst. Daar komen tien weken lang steeds negen kasten bij.

Biologie opgestart

De biologische bestrijding wordt deze week opgestart. “We hadden aan het begin al wat trips. Daarom hebben we eerst een aantal rondjes met Vertimec, Gazelle en Tracer gedaan. Dat heeft zo te zien goed geholpen. We hebben na het tweede rondje nieuwe vangplaten erbij gehangen en daar zien we niets meer op.”

Allereerst komen nu de Montdorensis-roofmijten, één zakje per vier planten. “Die hebben vorig jaar ook goed werk verricht.” Rond half februari komt daar de roofmijt Macrolophus bij en zodra wittevlieg zich aandient ook Encarsia-sluipwespen.

Auteur: Gerard Boonekamp