Landbouwminister Schouten is fan van voedselbossen. Tuinders nog niet, maar interesse is er wel.
Terwijl een belangwekkend initiatief als PlanetProof, waar bijna alle Nederlandse groente- en fruittelers mee in aanraking komen, 0 keer wordt genoemd in de Landbouwvisie van minister Carola Schouten, wordt er wel tot 2 keer toe gewag gemaakt van Agroforestry. Oftewel voedselbossen. Het voedselbos is een broertje van de bredere beweging die wordt gevangen onder de noemer permacultuur. Schouten haalt agroforestry aan als ‘veelbelovend initiatief’ in de kringlooplandbouw en als vorm van natuurinclusief telen.
Interesse onder fruittelers
De term veelbelovend wil niet zeggen dat er in Nederland ook al veel telers mee bezig zijn. Maar interesse is er wel. Eerder dit jaar was er een symposium over voedselbossen gehouden op de Fruittuin van West in Amsterdam. Met name gericht op de fruitteelt. Er kwamen zo’n 80 mensen op af, toegesproken door voedselbospioniers Taco Blom en Wouter van Eck.
Wouter van Eck is bij tuinders misschien nog beter bekend als voormalig Milieudefensie-medewerker. Hij maakte als ontwikkelingswerker in Afrika kennis met het concept voedselbos en kwam tot de conclusie dat de grootschalige Westerse landbouw met zijn impact op het milieu en zijn lage inkomens echt helemaal op het verkeerde spoor zit. Terug in Nederland begon hij in 2009 op een maisakker het voedselbos Ketelbroek van 2,4 hectare in Groesbeek.
Weinig inputs weinig kosten
“Een voedselbos vraagt geen inputs als mest en pesticiden en zorgt voor zichzelf. Deze manier van werken kent daarom weinig kosten”, aldus Van Eck. Hij definieert een voedselbos als “een door de mens ontworpen ecosysteem, gedomineerd door meerjarige, houtige soorten, die de ecologische principes van een natuurlijk bos benutten”. Van Ecks ervaringen met een voedselbos zijn positief. Het vraagt niet veel werk. Hij ontdekte ook nieuwe interessante gewassen zoals bijvoorbeeld de olijfwilg.
Leren van fouten
Voedselbospionier en inmiddels bekende permacultuurdocent Taco Blom begon ooit als fruitteeltmedewerker op een Zeeuws fruitteeltbedrijf. Rond 2003 begon hij samen met anderen op de Hof van Twello met de aanleg van een experimentele bostuin op een halve hectare. “Veel ging fout en na 5 jaar was de landgoedbezitter het zat en mochten wij vertrekken.”
Blom kreeg in op Kasteel Nieuwenhoven in het Belgische Sint-Truiden een nieuwe kans om goedkoop grond te pachten en een voedselbos van 4,5 hectare, aan te leggen, inmiddels uitgegroeid tot boerenbedrijf Samenland.
Schurftgevoelige peer zonder schurft
Het voedselbos is als bosrand-teeltsysteem ontworpen. Er staan afwisselend bosrandstroken, dus hogere fruitbomen, lagere bessenstruiken en vaste kruiden, naast groentestroken, dus de teelt van eenjarige gewassen. De strenge nachtvorst van -11 graden in voorjaar 2017 leerde dat veel exotische fruitsoorten zich niet thuis voelen in ons klimaat. “Maar ook dat er ondanks de vorst met de kleine oogst door de diversiteit wel inkomsten waren van gewassen die het wel goed deden.”
Blom ontdekte dat er veel interessante interacties tussen fruitgewassen en onderbegroeiing plaatsvinden. Zo heeft hij bij het als zeer schurftgevoelig bekend staande perenras Clapp’s favourite in zijn bosrandsysteem nog nooit schurft gezien. Een eenvoudig experiment met het wel of niet planten van look onder perenbomen leerde dat Bonne Louise mét look geen schurft, maar zonder look wél schurft hadden.
‘Fulltime bezig onder minimuminkomen’
Anders dan Wouter van Eck benadrukt Blom dat een voedselbos echt niet zonder arbeid kan, maar dat die arbeid zich niet in geld terugverdient. “Op 4,5 hectare zijn we er met 2 mensen bijna fulltime bezig en tot op heden kunnen wij allebei geen minimuminkomen mee verdienen.”
Juist het niet meenemen van arbeidskosten is een problematisch punt in een recent onderzoeksrapport naar de economische mogelijkheden van voedselbossen door Wouter van Eck en de Fransman Yann Boulestreau, stelt fruitteeltadviseur Wouter van Teeffelen. Ook kunnen volgens hem vraagtekens worden gezet bij de tamelijk hoog ingeschatte opbrengsten.
‘Mooi decor voor rendabele neventakken’
“Alleen wanneer een voedselbos als onderdeel kan dienen of als mooi decor voor betere renderende nevenactiviteiten als horeca, recreatie of educatie en als een groot deel van de arbeid uit onbetaalde vrijwilligers bestaat, dan is een en ander rond te rekenen”, concludeert Van Teeffelen.
Transities vragen om experimenteren en daarvoor zijn voedselbossen erg geschikt
De rol van voedselbossen in de door ondernemers, beleidsmakers en burgers in meer of mindere mate gewenste en voorziene transitie van het landbouw- en voedselsysteem is volgens van Teeffelen ook van waarde. “Transities vragen om experimenteren en daarvoor zijn voedselbossen erg geschikt. Fruittelers en voedselbosboeren kunnen veel van elkaar leren”, aldus de teeltadviseur dit voorjaar in Amsterdam. Hij is in die mening nu bevestigd door minister Schouten.