Nieuwkoop Paprika’s in Nootdorp heeft 25 en 26 november op 8,5 hectare het rode ras Maranello geplant in een driestengelsysteem.
Geert van de Sande: “Maranello hebben we al weer 4 of 5 jaar staan. Ik denk wel eens aan wat anders, maar ieder jaar heb ik met de grovere soorten toch weer de beste middenprijs. Dat lijkt tegenstrijdig, omdat er gigantisch veel paprika in de flowpack gaat. Maar als je afnemers vraagt of ze iets meer geld over hebben voor een fijnere sortering die het best geschikt is voor het flowpacken, dan blijft het heel stil. Terwijl je dat wel nodig hebt, omdat je van die fijnere rassen meer stuks moet oogsten en je dus meer arbeid nodig hebt.”
Eigenlijk rondje extra vruchtdunnen
Het gewas heeft niet veel last gehad van de donkere weersomstandigheden tijdens de eerste fase van de teelt. “Al hadden we toen eigenlijk een rondje extra moeten vruchtdunnen. Maar dat weet je nooit van tevoren.” Met aansluitend een maand lang veel licht erop, groeiden er meer uit en nam de plantbelasting flink toe.
“Als het licht daarna weer uitgaat, komen de planten toch moeilijk te staan. Voor die tijd van het jaar is 15 vruchten per vierkante meter heel normaal, maar nu hingen er 5 tot 6 te veel aan. En een plant liegt nooit: als je nog ergens een groeierige plant zag staan, hoefde je maar even naar beneden te kijken en je zag dat er daar een paar vruchten minder aan hingen.”
Sneller nieuwe zetting
Door de etmaaltemperatuur ongeveer een halve graad hoger in te zetten, proberen de telers de vruchten er iets minder grof en vlotter af te krijgen. Zo maken ze weer sneller ruimte voor nieuwe zetting. “Normaal los je dat op door er een paar vruchten groen af te halen. Dan is het probleem met de plantbelasting binnen een paar dagen getackeld en heb je binnen een week al weer herzetting. Nu zijn de rode paprika’s al slecht aan de prijs, laat staan de groene. Voor 80 cent per kilo ga je die nu niet oogsten.”
Slechte prijzen voor paprika
Het is lastig om de vinger te leggen op waar die slechte prijsvorming precies vandaan komt. “Vorige jaren begonnen we met prijzen van € 2,50 per kilo, soms ook wel eens met € 2,70 of € 2,80. Nu zijn we met € 1,30 begonnen. Afgelopen weekend (begin week 14) kwamen prijzen zelfs onder de euro. Het gaat heel moeizaam om weer op het pad met betere paprikaprijzen te komen.”
Het blijft merkwaardig te constateren dat de teler 15 tot 20 cent krijgt, als paprika’s voor een euro per stuk in de schappen liggen. “Handels- en grootwinkelbedrijven halen Spaans product van een matige kwaliteit en voor bodemprijzen hierheen, zij beheersen dat prijzenspel al jaren veel beter dan wij als telers. Het verschil dat de teler € 2,00 of € 2,50 per kilo krijgt, of zoals nu dit jaar slechts € 1,00, gaat in ieder geval niet naar de consument”, zegt Van de Sande.
Vlot temperatuur wegkieren beperkt binnenrot
In week 14 houdt de teler een etmaaltemperatuur aan van 20,5 graden. Er staat geen voornacht ingesteld. Na een nacht van 19 graden probeert de teler met zonop op 21 graden te zijn. “Vanaf 21,5 graden kan het scherm gaan kieren, zodat de temperatuur niet te snel oploopt. Anders zou je gevoeliger worden voor binnenrot. ’s Morgens snel de temperatuur wegkieren is volgens ons een extra stuurmiddel om het probleem met binnenrot goed te beperken. Het gaat niet om extra luchten, maar om netter luchten. Zodra je sneller dan een graad per uur gaat opwarmen, kom je in de gevarenzone. Zeker op dagen zoals nu dat de zon rond 9.00 uur ineens heel sterk komt doorzetten.”
Het is niet leuk, maar volgens Van de Sande zou het goed zijn om het aantreffen van partijen met binnenrot af te gaan straffen met veel hardere financiële sancties, om als individuele telers allemaal nog scherper geprikkeld te worden om alle mogelijke maatregelen te nemen die problemen met binnenrot kunnen tegengaan. Elke klasse 1-partij die nog voorkomt met de schimmel, gaat ten koste van het imago van de Nederlandse paprika.
In de winter starten met foliescherm
In de winter wordt gestart met een foliescherm onder het beweegbare doek. “Dat is de garantie dat je weggroei altijd goed is. Als het koud is, kun je anders problemen hebben om voldoende temperatuur te houden in de periode dat de planten nog niet goed ingeworteld zijn. We zullen er dus altijd een foliescherm boven blijven trekken in het begin, tenzij we nog eens overgaan op de aanleg van een tweede schermdoek.”
In de periode met flinke kou moest de teler kiezen tussen temperatuur en licht; welke van die omstandigheden woog het zwaarst bij het openen van het scherm. “Met zonnig weer gaat het schermdoek tussen 11.00 uur en 12.00 uur toch wel open. Met veel kou is het wel eens jammer dat het niet langer open kan, maar je moet ook aan je temperatuur komen waarbij je vastzit aan je gascontract.” Op dagen dat het én een paar graden vriest én het de hele dag donker is, blijft het schermdoek dicht.
Toenemende watergift
Met watergeven krijgen de planten 2,8 EC aan voeding mee. Waar de EC in de mat wat hoger uitkomt, is dat 2,5 EC. Analysecijfers laten zien dat de mat-EC rond 4 ligt. “Dat is wat aan de hoge kant. We streven er wel naar rond 3 EC te blijven uitkomen.”
Met sombere dagen blijft de watergift beperkt tot een paar druppelbeurten. Maar met een weersverwachting die buitentemperaturen richting 20 graden opgeeft, past de teler de watergift binnenkort aan. “Je gaat dan weer naar minimaal 2 tot 2,5 liter per 1.000 Joules”, zegt Van de Sande.
Biologisch starten prima tegen plagen
Van plagen heeft het gewas nog geen last. “Voor het derde jaar achter elkaar zijn we gestart zonder chemie. Het eerste jaar was dat even de tenen krommen, maar het gaat nu al voor het derde jaar verrassend goed. Je hebt ook geen discussies meer over wanneer middelen voldoende zijn uitgewerkt en je met de biologische bestrijding kunt starten. Je moet wel zorgen dat je aan het eind van het vorige seizoen schoon eindigt. Dus dat je niet aan het eind van de teelt Orius de nek omdraait. Anders wordt het lastig.”
Medewerker Edwin houdt het scouten goed bij. Van de Sande: “Dat werkt beter dan dat ik het zelf doe, omdat ik soms weg om eerst andere dingen op het bedrijf te regelen.”
Komend jaar kijkt de teler of er bij de plantenkweker al meer biologie op de pot ingezet kan worden. “Dan moeten ze daar in hun middelenpakket rekening mee gaan houden, terwijl ze hun planten toch tripsvrij willen afleveren.”
Auteur: Peter Visser