Een nieuw wetenschappelijk artikel over geïntegreerde teelt bevat geen nieuwe alternatieven voor neonicotinoïden.
Dat stelt minister van landbouw Carola Schouten in een Kamerbrief over gewasbeschermingsmiddelen. Dagblad Trouw publiceerde 26 februari over het bestaan van alternatieven voor deze middelen, met als bron het wetenschappelijke artikel Dat leidde tot Kamervragen.
Volgens Schouten worden veel van deze alternatieve middelen uit het genoemde onderzoek al toegepast in Nederland. Bovendien bevat het wetenschappelijke artikel onderzoeksresultaten van gewassen die in Nederland niet of nauwelijks worden geteeld, waarvoor het gebruik van de middelen al is verboden. Voor teelten waarvoor onvoldoende alternatieven voor deze neonicotinoïden bestaan, wordt in het artikel ook geen alternatief geboden, stelt de minister. Het gaat dan met name om pootaardappelen, suiker- en voederbieten, bloemkool- en knolgewassen.
‘Alleen onder glas’
De Europese voedselveiligheidsdienst Efsa publiceerde recent de resultaten van de herbeoordeling van zaad- en granulaattoepassingen van 3 neonicotinoïden en de risico’s voor bijen. De Europese Commissie zal op basis van deze gegevens naar verwachting snel met voorstellen komen om het gebruik van deze neonicotinoïden in te perken. De verwachting is dat slechts nog toepassingen onder glas in aanmerking zullen komen voor toelatingen, aldus de minister. In de brief geeft de minister een overzicht van haar nationale en internationale pogingen voor een breed middelenpakket.