Langdurig zonnig weer heeft bij Solyco in Bergschenhoek zijn invloed op de tomatenplanten.
Gertjan van der Spek: “Het tomatengewas is wel wat onderhevig aan slijtage. Het blad wordt wat korter, en de bladeren gaan wat gecupt staan, met een beetje van dat opgekrulde blad. Met het vele licht zijn we blij, maar die hoge temperatuur erbij dat hoeft voor mij niet zo.” De meeste nachten koelden gelukkig nog wel redelijk goed af.
Koel houden
Er wordt geprobeerd om de kas zo koel mogelijk te houden. Vanaf 03.00 uur wordt 18 graden aangehouden bij de klimaatinstellingen. Vanaf een uur na zonop gaat dat naar 19 graden. “Daar blijft hij dan zo’n beetje de hele dag op. Vanaf 17.00 uur of 18.00 uur komt daar op de windzijde wel een paar graden bij, zodat hij wat meer op vocht gaat werken. Al mag de temperatuur daar eigenlijk niet echt van oplopen.” De voornacht staat op ongeveer 15 graden, niet al te koud.
CO2-beschikbaarheid
De beschikbaarheid van OCAP-CO2 is begrensd, maar er valt nog mee te leven. De CO2-aanvoerhoeveelheid wordt zo effectief mogelijk ingezet. “Bij de vroegste planting is een paar weken geleden de kop eruit gegaan. De helft van de CO2-capaciteit is daarna overgezet naar de andere tuin.”
Osmose in gebruik
Bij de nieuwe kas is nieuwe omgekeerde osmose-apparatuur in gebruik genomen. “Dat werd tijd. De bodem van het bassin was al volop zichtbaar. We hebben volop leidingwater bijgemengd. 3 dagen na het aanzetten van de osmose konden we de kraanwaterleiding dicht draaien. Bij de andere kassen hadden we al omgekeerde osmose. Daar zag je het natrium beter onder controle blijven. Met het leidingwater zat je op het laatste moment bijna op een natriumgetal van 10. Terwijl we liever op 2 of 3 blijven, zeker omdat we geen water meer mogen lozen.”
Hoger vruchtgewicht
Bij de pruimtomaten is het gemiddeld vruchtgewicht behoorlijk toegenomen. Dat ging naar de 110 gram, doordat er in de voorgaande periode net te veel aan de plant bleef hangen. “Maar nu (begin week 28) komt er zoveel van af, dat het eind van de week wel weer rond de 100 gram zal zijn.”
Met de felle zon en hoge temperaturen hebben de jonge pruimtomaatjes best wel wat neusrot opgelopen. “Over 6 weken zullen we bij de oogst zien hoeveel last we daar van krijgen. Maar gemiddeld zijn het 1 tot 2 vruchtjes per plant. Waarbij sommige planten er helemaal geen last van hebben, en je er aan andere planten wel tien ziet.”
Er is een beetje Botrytis aanwezig. “Dat is er al vroegachtig ingekomen. Het blijft dan wat doorsluimeren. Dus blijft het plekjes nalopen en planten weghalen aandacht vragen.
Vitaal gewas
Bij de Merlice is bij een deel overgeschakeld naar de oogst als losse tomaten. De kwaliteit is goed, en het gewas staat er vitaal op.” De vleestomaten staan er ook goed bij. Er wordt qua sortering voornamelijk BBB geoogst. De vruchten hebben nog geen last van zwelscheurtjes. “Maar bij de vruchtjes die met de warmte gezet zijn, en een stuggere huid hebben, wordt de kans op scheurtjes wel groter. Maar dat weten we pas over ongeveer zes weken, als we die gaan oogsten.”
‘Het gaat niet vanzelf’
De ziekte- en plaagdruk is heel wisselend. Bij de pruimtomaten zitten volop Macrolophussen. Er zijn enkele rupsen waargenomen, en ook een eerste plant met galmijt. Op de belichte tuinen is die galmijt al langer aanwezig. Evenals Tuta absoluta. “Verder is er ‘Nesi ’gevonden (Nesidiocoris tenuis). Het gaat dus niet allemaal vanzelf. Bij de vroegste planting gaat de teeltwisseling eraan komen. Dat wordt dan de schoonmaak groots en goed aanpakken, en hopen dat er niets in de kas achterblijft.”
Auteur: Peter Visser