Het AGF-schap is de meest gezonde afdeling van de supermarkt. Zolang de rest van de wereld minder ‘Planetproof’ is, kan de Nederlandse teler scoren met dit label.
De Nederlandse AGF-sector is al enige tijd in de ban van de ontwikkelingen rond Milieukeur en aanverwante maatregelen om de productie te verduurzamen. Enkele retailers zijn met Milieukeur gestart en het lijkt erop dat ook de andere retailers hier in mee gaan in gelijke of aanverwante vormen. De telers hadden initieel terughoudende reacties op Milieukeur, maar beginnen in te zien dat het toekomstperspectief kan geven op korte termijn in de afzet.
Zijn we niet al duurzaam?
Kijkende naar de nieuwe naam, On the Way to PlanetProof, roept dat al snel de reactie op: zijn we dan niet al ‘planetproof’ bezig? Of beter gezegd: voldoen we niet al aan alle wettelijke richtlijnen? Door de concurrentiestrijd tussen de retailers probeert iedereen zich te profileren tot de braafste van de klas.
Interessant aan deze ontwikkeling is dat supermarkten kiezen voor het verduurzamen van de AGF. Terwijl het AGF-schap al als meest gezonde afdeling van de supermarkt beschouwd kan worden.
‘Een kans op profilering moeten we pakken’
De kwetsbaarheid van de agrarische sector komt in de discussie rondom nut en noodzaak van milieubewuste certificeringen duidelijk aan het licht. Kan of wil de ene partij niet leveren, dan staat er vaak een ander klaar. Het biedt dan ook aan de andere zijde kansen voor de sector om de term Planetproof op Nederlands product kracht bij te zetten. Daarbij kan het certificeren van het buitenlandse product nog wel enige tijd gaan duren. Een kans op profilering en imago waar we als sector het voordeel uit kunnen halen, moeten we pakken. Qua kwaliteit, duurzaamheid, efficiëntie en arbotechnisch gezien zijn we koploper. De vraag is dus eerder: “Is de wereld wel zo planetproof als Nederland?” Laten we ervoor zorgen dat de consument deze vraag voor ons als AGF-sector beantwoordt.