Het marktpotentieel van aardwarmte kan groeien als meer projecten doorgaan. Nu ligt het realisatiepercentage op 30%.
Dat blijkt uit de studie Overige hernieuwbare Energie van onderzoeksbureau Ecofys. De onderzoekers zien de realisatiegraad als belangrijkste succesfactor voor de groei van aardwarmte in de toekomst. In de periode 2012-2015 zijn 81 subsidie-aanvragen voor aardwarmte ingediend bij SDE/SDE+, waarvan 71 een positieve beschikking hebben ontvangen. Daarvan zijn er 54 projecten uiteindelijk niet doorgegaan en (begin dit jaar) twaalf projecten gerealiseerd. Vijf zijn nog in ontwikkeling.
Van die totale potentiële energieproductie zal maximaal 30% dus worden gerealiseerd, stellen de onderzoekers. In 2016 waren er vijftien aanvragen met veertien positieve beschikkingen die samen goed waren voor een jaarlijkse productie van ruim 5 PJ. ’
Hogere realisatiegraad
Als de realisatiegraad van de aardwarmteprojecten omhoog kan naar 50% (de helft van de projecten gaat dan door), dan zal in 2030 een potentiële productie van 24 PJ in 2030 mogelijk zijn. In het negatieve geval van een realisatiegraad van 20% is dat 14,5 PJ.
De onderzoekers concluderen dat aardwarmte nooit tot een heel grote bron van hernieuwbare energie zal uitgroeien. Veel zal afhangen van de financierbaarheid en professionalisering van de projecten, stellen de onderzoekers.
Andere bronnen meer potentie
Andere alternatieve energiebronnen als zonne-energie, windenergie en biomassa zullen naar verwachting in 2030 een veelvoud bevatten van de marktpotentie van aardwarmte, aldus het onderzoek.
De onderzoekers deden de studie op basis van beschikbare literatuur. In het Energieakkoord voor Duurzame Groei is afgesproken dat in 2020 14% van het energiegebruik in Nederland afkomstig moet zijn van hernieuwbare bronnen. In 2023 moet dit verder stijgen naar 16%.
Lees meer over het thema energie via GFactueel.nl/energie/