SAO en Proefcentrum Hoogstraten praten over samenwerking

De Stichting Aardbei Onderzoek (SAO) heeft verkennend overleg gehad met proefcentrum Hoogstraten en met veiling Hoogstraten over eventuele samenwerking bij toekomstig onderzoek. Concrete afspraken zijn nog niet gemaakt.

De SAO legt de prioriteit bij ziekten en plagen, een deel van dit onderzoek gebeurt ook bij het Belgische onderzoekcentrum. Volgens directeur Tom van Delm van proefcentrum Hoogstraten is het gesprek verkennend geweest, dat gaf de verschillende partijen de mogelijkheid om elkaar wat beter te leren kennen. “In beginsel staan we er positief tegenover”, aldus Van Delm. “We willen graag samenwerken om zo onderzoek of te verbreden, of mogelijk te maken, of om dubbel werk te voorkomen.”

‘Niet meer dan logisch’

De eerste aanzet om met ‘Hoogstraten’ in gesprek te gaan kwam van Mark van Aert, de voorzitter van de landelijke commissie voor aardbei.

Janny Trouw, penningmeester/secretaris bij de SAO, noemt de Nederlands/Belgische samenwerking niet meer dan logisch, gezien het grensoverschrijdend belang van de aardbeiensector.

Met de afzet is ‘over de grenzen opereren’ al lang praktijk, met Nederlandse telers die via CLTV Zundert hun product afzetten via Veiling Hoogstraten. Via dat kanaal dragen zij ook financieel bij aan het onderzoek op proefcentrum Hoogstraten. “Voor hen werken we daarom aan een aangepast bijdragemodel voor het SAO-lidmaatschap. Deze telersgroep willen we ook graag als lid van de stichting, omdat er ook onderwerpen aan de orde zijn die alleen in Nederland spelen. Een voorbeeld zijn de kosten voor de toelating van nieuwe gewasbeschermingsmiddelen.” Voorheen werden die kosten voldaan via het PT en het ministerie van EZ. Sinds 2017 heeft EZ deze taak ook losgelaten.

Zo’n 100 productiebedrijven zijn inmiddels lid van de Stichting Aardbeionderzoek, plus bijna alle plantenkwekers. Trouw: “de deelnamelijst kan langer, moet langer, in het belang van de sector.”