Griekenland de eurozone uit! Ze moeten maar weer aan de drachme en hun eigen broek ophouden. Voor de tuinbouw is het gevaar dat dan dreigt fenomenaal.
Het doemscenario dat bij een zogenaamd faillissement van Griekenland wordt geschetst – door onder andere minister De Jager en oud-minister, nu bankier Zalm – is dat ook andere landen dan in de moeilijkheden komen. Ons wordt dan vaak voorgehouden dat het Nederland hoe dan ook heel veel gaat kosten. Maar hoe dan precies?
Het beste voorbeeld dat ik tot op heden heb gehoord van hoe wij te lijden zullen hebben van besmetting naar andere Zuid-Europese landen, kwam vorige week van Han de Jong, hoofdeconoom van ABN Amro. In een uitzending van Nieuwsuur schetste hij tussen neus en lippen door dat een Nederlandse tomatenteler zal moeten gaan concurreren met veel goedkopere Spaanse tomaten, als Spanje vanwege een rampzalig domino-effect ook uit de eurozone zou moeten stappen en naar de peseta zou terugkeren. Die peseta kan dan weleens 40 procent gedevalueerd worden.
‘Een Nederlandse tomatenteler’ klinkt de Nederlandse televisiekijker misschien nog niet zo ernstig in de oren. Maar in de praktijk zou een peseta op drift zo ongeveer de gehele Nederlandse groentesector compleet wegvagen. Tomaten, paprika’s, maar ook ijsbergsla, aardbeien en broccoli nog in Nederland kopen als de Spaanse telers zonder zelf een peseta in te leveren zomaar 40 procent korting kunnen geven, dat gaat een supermarktinkoper liever niet doen.
Niet ‘failliet’
Overigens zijn economen het er wel over eens dat de term failliet voor landen feitelijk niet van toepassing is. Waar we volgens hoogleraar economie Sweder van Wijnbergen op moeten aansturen is een snelle schuldsanering. Als de banken die er miljarden hebb en uitstaan die schuld om te beginnen eens voor de helft zouden afboeken, dan zou dat op de financiële markten een stuk meer helderheid geven. Een bodemloze put minder en een realistischer kijk op welke landen nog wél genoeg verdienvermogen hebben om hun schulden te kunnen inlossen. Zoals Spanje. Met onder meer die tuinbouwsector, die al tien jaar bewijst ook zonder een telkens wat devaluerende peseta gezond genoeg te zijn om ook komend seizoen weer een stukje te groeien.